Mededeelingen de volgende, zeer verdiende terechtwijzing voor:

„Zoo wij een woord wijden aan Ons Vaderland door J. J. L. ten K a t e J r., dan is het om te waarschuwen tegen de gelegenheidspoëzie, waarvan dit het eerste golfje is en die, nog 15 maanden tot een Oceaan aangroeiend, ons zal bespatten.

De maker van Ons Vaderland had moeten bedenken dat hij een dichternaam draagt, wien in eere te houden hem plicht is, in plaats van ons n dun grogje te geven van ongevoeld patriotisme en would-be oranje-achtigheid."

De Gids, Juli.

De letterkundige kroniek behandelt Lioba van Van Eeden:

Kennst du das alte Liedchen Es klingt so süss, es klingt so trüb!

Sie mussten beide sterben.

Sie hatten sich viel zu lieb!

„Het oude liedje, waarvan Heine in zijne ballade spreekt is door Frederik van Eeden opnieuw in taalmuziek gezet. De oude koning heet Harald, de jonge vroaw Lioba, en de page Kidder Tancolf. Maar het drama is er niet minder om, al is het thema bekend. Van Eeden wist het te vernieuwen, er een dieperen zin in te leggen en het die mystieke kleur te geven, waaraan wij den dichter van De kleine Johannes en van Ellen herkennen".

Overigens bestaat het geheele stuk slechts uit een uitgebreide inhoudsopgave, hier en daar gestoffeerd met een woord van waardeering of bewondering.

De Bibliographie bevat het volgend oordeel over De Jonge Gids (onder redactie van Herman Heyermans Jr.):

Nieuwe Gids, Jonge Gids, gelijk men ziet

Schrijven hun naam net als wij — maar familie is 't niet.

„En wat dezen Jongen Gids betreft, zeggen wij: gelukkig. Want hadden wij een lid in onze familie, dat zich zoo onhebbelijk aanstelde, zoo zijn fatsoen te grabbelen gooide als dit tijdschrift m zijn eerste nummer doet, wij zouden ons over zulk een parentage diep schamen

') De Amsterdammer weekblad zegt er van, dat de jonge Gids nog zóó jong is, dat hjj nog moet leeren zindelijk te worden.

30*