houding « bepaald door zeer persoonlijke elementen » — maar omdat tenslotte de critiek, zooals wij die opvatten, een onmisbaar bestanddeel is van de volksch-Dietsche opleiding.

Het hoogtepunt van een V.N.V.-Landdag is ongetwijfeld de redevoering van den heer Gustaaf De Clercq. Hij begon met enkele algemeenheden over de Belgische buitenlandsche politiek, critizeerde Prof. De Bruyne en de K.V.V., riep daarna uit : «Het V.N.V. is waarlijk de Vlaamsche vrijheidsbeweging », wijdde vervolgens zijn aandacht aan het vraagstuk der parlementaire democratie en der persoonlijke vrijheid, om te eindigen met enkele tamme woorden aan het adres der Walen. Satis eloquentiae, sapientiae parum : zooals altijd behandelde de leider van het V.N.V. öf actualiteiten die over enkele dagen onbelangrijk en vergeten zijn, öf belangwekkende vraagstukken waarover hij echter niets nieuws of persoonlijks te zeggen weet. Eens te meer worden « het Vlaamsche Volk », het broedervolk, het Dietsche volk, het stamverwante volk, door elkaar gehaspeld. « Het V.N.V. zal zoolang wij er zijn niet doodloopen in plannen van intellectualistisch-gerichte menschen » (G. De Clercq, St.-Niklaas 5 September, '37). Daarvan zijn we overtuigd ; verre van een intellectualist te zijn, schijnt de heer De Clercq ons niet eens een intellectueel toe (wat niet zoo erg is), niet eens een man met enkele klare grondbeginselen (wat wij wèl erg vinden). Men zal ons deze bewering kwalijk nemen, maar wat beteekent in Godsnaam volgende passus in een artikel van den heer De Clercq (Volk en Staat, 11 September '37) : «De zelfregeering wordt door het V.N.V. beschouwd als perspectief van den strijd rondom de concrete eischen tegenover het huidig Belgisch regiem. Anders geformuleerd, stelt het V.N.V. zelfregeering voor als een voorloopige totaliseering van het Vlaamsche willen. Het V.N.V. aanziet zelfregeering als een relatieve totaalgedachte ». Ofwel (Volk en Staat, 11 September '37): « Tot de zoogenaamde zuivere Dietschers zeggen wij : De wil tot zelfbepaling van zijn lot voor het Vlaamsche volk is voor ons niet enkel een tactiek... (maar) een stuk leven... De wil tot zelfbepaling is een organische gedachte... » Wij hebben den indruk, dat deze overigens achtenswaardige man, wiens geschriften echter getuigen van een volslagen onkunde inzake diplomatieke geschiedenis, sociologie en wijsbegeerte, allerlei ambten waardig zou kunnen bekleeden, maar een « Leider » is hij niet! Uitzondering gemaakt voor den heer Elias, die wel maar een klein politicus is, doch wellicht een niet slecht geschiedschrijver had kunnen worden, bezitten de andere V.N.V.-parlementairen, evenmin als hun leider, voldoende inzicht in den Dietschen strijd en missen zij blijkbaar de intellectueele hoedanigheden, noodig om leiding te kunnen geven aan een volk dat nog om zijn eigen