wonden, dat VakVereenigingen, waardoor dearbeidersmaatschappelijk en rechtens een zelfstandige klas zullen worden, de hoofdzaak zijn, waaraan die beide andere hervormingen ondergeschikt zijn.

a. De vakvereenigingen zijn het middel om het a rb e i d s contract te hervormen -- zij verzekeren aan beide partijen, kapitaal en arbeid, volle en werkelijke vrijheid bij het sluiten der overeenkomst, — zij zijn het middel, om in het contract zelf meer rekening te houden met de gezamenlijke belangen van het ambacht dan met de zuiver persoonlijke, — zij waarborgen de waardigheid van den arbeider, die zijn eigen plaats heeft in zijn eigen vereeniging, daar evenzeer geëerd wordt als de eigenaar en de kapitalist. De vakvereenigingen zullen een schakel zijn tusschen de klassen, die heden ten dage maar al te veel tegenover elkaar staan, door blijvende gemengde commissies te vormen van patroons en werklieden, door verzoeningsraden en scheidsgerechten te benoemen, zij zullen een waarborg zijn voor orde in werkplaats en staat.

b. De Katholieken beschouwen de vakvereenigingen als een der factoren voor socia le wetgeving en politiek, (zonder in staatspantheïsme te vervallen). Zij moeten bij het uitvaardigen van sociale wetten worden geraadpleegd, — behoudens eenige bepalingen, bij algemeene wet vast te stellen, moeten zij gemachtigd zijn, bizondere regelingen voor haar bepaald ambacht te treffen naar den aard van nijverheid, bevolking en plaats, — zij (moeten met de noodige macht bekleed zijn, om te waken over de uitvoering van wetten en regelingen, — wanneer er sprake is, om verzekeringen op te richten tegen ongevallen, voor ziekte of ouden dag; zelfs al worden die verplichtend gesteld, zou het beter zijn, die verzekering op te dragen aan de al of niet tot een Bond vereenigde vakvereenigingen, dan aan den Staat. *)

c. De Katholieken beschouwen ten slotte de vakvereeniging als een wettigen e i s c h en een middel tot opvoeding der arbeidende klasse; deze zal het bewustzijn verkrijgen, dat zij op eigen recht steunend en anderer recht eerbiedigend, een eigen onafhankelijk bestaan kan verwerven, en dat die vereenigingen haar daartoe helpen.

De Katholieken willen in den schoot dier vakvereenilgingen al die instellingen tot nut van het volk, die heden verspreid zijn, te zamen brengen; alle ingericht tot heil van het volk, moeten zij de bron worden, waarvan kracht en levenslust ontspringen voor die klasse, die dan meesteres zal zijn van haar eigen lot. Zoo willen zij (volgens hetgeen wij zeiden en naar het voorbeeld der Engelsche vakvereenigingen) in hun vereeniging of bond tot hulp en steun vinden:

1) Het is misschien geoorloofd, er hier op te wijzen dat er door ons bij de behandeling der sociale verzekeringswetten van Minister Talma, in de Tweede Kamer geheel in dezen geest gesproken is. Zie » Arbeiders-verzekering en Arbeids-contraci' (Leiden, Futura, 1913), blz. 9—11. Na tegenover het stelsel van Minister Talma gesteld te hebben, hoe m. i. de sociale verzekering moest worden georganiseerd, voegde ik, resumeerond, daar aan toe: »Hct voordeel van die regeling zou dus dit zijn: vooreerst dat de Staat in hoofdzaak alleen de verplichting tot verzekering der arbeiders oplegt, en in de tweede plaats, dat bij de verwezenlijking van die verplichting het particulier initiatief op den voorgrond zou treden en dat dit zelfs indirect begunstigd en aangemoedigd zou kunnen worden vooral in deze richting, dat op den duur de eigenlijke dragers der verzekering zouden worden de b e r oe ps v er b on d en, de beroepsorganisaties, hetzij direct, hetzij indirect door de kassen, die aan die organisaties verbonden zijn." (t. a. p. blz. 10). De lezers van »Rome" zullen begrijpen, waarom wij dit hier citeeren.

spaarkassen, volks- en landbouwbanken, ondersteuningsfondsen, verzekeringen, coöperaties, opgericht met behulp en onder [waarborg der <vereenigingskassen; verder bureaux Voor inlichtingen en plaatsing, volkssecretariaten, ambachtsscholen, lees- en spreekzaal, vereenigingen tot bevordering van matigheid, ontwikkeling en liefdadigheid, een kapel voor haar godsdienstige oefeningen en een zaal voor geoorloofde uitspanningen".

En dan ten .slotte:

„Het is Van hoog belang, te verklaren, wat de Katholieken met dit Igeheele samenstel van instellingen en werkzaamheid ten gunste van het volk bedoelen. Hun doel is niet enkel te weerstaan aan den alles meesleependen stroom van het socialisme, dat het volk bederft en uitbuit, maar evenzeer, en nog ve^l meer, is hun doel een herbouw, die het proletariaat (rampzalige vrucht van het liberalistisch individualisme) verheffen zal door het de waardigheid van een beroepsstand te geven ....

„De christel ij ke sociale ordening naar beroepsstanden te verkrijgen, ziedaar het doel van al de verlangens, van al de offers en verwachtingen van edelmoedige 'mannen, vooral van de jongeren, die de toekomst inzien. „Twijfel er niet aan schreef een Amerikaansch Bisschop, — wanneer geestelijken en leeken de grondstellingen en leeringen, welke Leo XIII heeft gegeven voor de oplossing van het arbeidersvraagstuk, aannemen als ingevingen des H. Geestes, zullen de arbeiders in breede stroomen komen tot de Kerk''.

„Deze belooning is weggelegd alleen voor hen, die onwrikbaar» aan net Pausschap getrouw zijn; zij zullen zich kunnen beroemen het groote werk, den socialen herbouw der maatschappij, te • hebben volbracht.' '

Dat hierin inderdaad de eigen gedachte van Paus Leo XIII weergegeven werd, blijkt ook uit het bekende „Sociaal Program der Katholieken in Italiëgelijk dit werd vastgesteld op het in Februari 1894 te Rome gehouden Katholiek jCongres, iwelk Program door Z. H. Leo XIII, bij schrijven d.d. 24 Febr. 1894, uitdrukkelijk werd goedgekeurd in deze voor geen andere uitlegging vatbare woorden: „Wij keuren goed al de wenschen, die te dezer zaken zijn uitgesproken, al de praktische middelen, die voor dit doel zijn voorgesteld," terwijl verder in dat schrijven gesproken wordt van „die overeenkomst van uwe gedachten met de Onze".

1903, blz. 68).

Welnu, in dat Katholiek Sociaal Program lezen wij het volgende:

„Den grootsten waarborg voor dit herstel (van het sociaal recht) stellen de Katholieken evenwel in de oprichting van vakvereenigingen in stad en land. Grooten en kleinen vinden in die afzonderlijke groepen (gemeenschap van belangen en van liefde voor alles, wat het gemeenschappelijk doel raakt van het burgerlijjk' leven. Vooral de werkliedenklasse zal daarin vinden bescherming van haar rechten en waardigheid.

„Die vakvereenigingen hebben niet alleen een economisch doel, maar beoogen vooral, de Maatschappij, die door een ongezond individualisme ontwricht is, weer te maken tot een gezond organisme."

Ons doel was, aan te toonen, hoe Paus Leo XIII