HET GILDEBOEK

PROCESSIE VAN HET H. SACRAMENT VAN MIR AKEL RELIBP AAN HET HOOFDALTAAR VAN DE ST.-NICOLAASKERK TE AMSTERDAM PIERRE ELYSEE VAN DEN BOSSCHE BEELDHOUWER ezer dagen*) ’t was bij een beoordeeling van ’t inden Rotterdamschen Kunstkring lllliiliii "geëxposeerde schilderwerk van Matthieu en Piet Wiegman beklaagden we ons over IËBIIIIIIbII ”^e' Aauwe gevoel, het zwakke besef en het gebrekkige inzicht, dat ons, Katholieken i »'n ’t algemeen, nog altijd ten opzichte van de kunst kenmerkt. Dit laatste is even treurig „als onbegrijpelijk. Want moest niet alles ons, wier geheele leveti gebouwd staat op „grondslagen van zuiver-gèestelijken aard, naar het geestelijke heenwijzen en heendringen? En is de „schoonheid, vastgelegd, verzinnelijkt inde kunst, niet eender allerschoonste uitbloeisels van hef „geestesleven ? „En draagt ook het diep-innige beleven der schoonheid weer niet heerlijke vruchten van juist „geestelijken aard met name zuivering van ’t gevoel, een dieper inzicht inde door God geschapen „wereldorde, een ootmoedige overgave aan de geheimzinnige macht van het onstoffelijke, een nadering „tot God, die de absolute schoonheid is? „Wij weten geen andere verklaring voor het hier aangegeven verschijnsel dan dat het waarachtige „geestelijke leven, zooals dit b.v. inde middeleeuwers aanwezig was, wel heel sterk onder ons geleden „moet hebben. Anders had het nooit zoover met ons kunnen komen, nooit, nooit! Wij zijn in ’t alge„meen erg oppervlakkig en alleen door gestadige verdieping van den geest kan het geestelijk leven „ten slotte in stand blijven en sterker worden, intensiever en vruchtbaarder. „Sterk uitgedrukt kan men zeggen: een volk dat geen schoonheid waardeert, dat geen kunst „voorbrengt, bezit geen beschaving. En nog sterker; een volk dat geen religieuze kunst heeft, bezit „geen waarachfige beschaving. Want beschaving bestaat niet zonder godsdienst en evenmin zonder „schoonheidsgevoel en kunst. „Is de conclusie, die wij nu uit deze onomstootelijke stelling moeten trekken, voor ons niet „allerbedroevendst ? „Met hetgeen we in boven-aangeduid stukje signaleerden heeft een onzer beste katholieke moderne „kunstenaars zijn volle instemming betuigd en er eenige kantteekeningen bij gemaakt die de kennisneming zeker waard zijn. „De groote massa aldus onze kunstenaar mist de gave van onderscheid in vrijwel wanhopende mate en ziet de goede, gezonde kern van de hedendaagsche beweging inde kunst in '•') De Maasbode 30 Januari 1018.

10

AFB. 2

P. F. van den Bossche, Beeldhouwt-