Bij de beslissing omtrent voorstellen, die op de agenda voorkomen, deelt iedere afgevaardigde de uitslag mee van de in zijn afdeling voorlopig gehouden stemming.

De aanwezige leden brengen daarna persoonlik hun stem uit.

Bij meerderheid van stemmen wordt een voorstel aangenomen of verworpen.

Bij staking van stemmen wordt een voorstel als verworpen beschouwd.

Aanneming van voorstellen bij hoofdelike stemming geschiedt steeds behoudens nadere goedkeuring bij referendum.

Art. 8. De afdelingen zenden ter Algemene Vergadering één afgevaardigde. De afgevaardigden ontvangen vergoeding voor reiskosten (3e klasse) vanwaar ze ter vergadering gekomen zijn. Zo nodig kunnen ze ook verblijfkosten in rekening brengen.

De afgevaardigden dienen voor de aanvang der Algemene Vergadering hun geloofsbrieven bij het Hoofdbestuur in.

Art. 9. Op de Algemene Vergadering hebben de leden het recht van introduktie.

De leden, die daarvan gebruik maken, moeten de Voorzitter voor de aanvang der vergadering hiermede in kennis stellen.

Art. 10. Binnen 2 maanden na een Algemene Vergadering wordt aan de leden, donateurs en ereleden een verslag van die vergadering toegezonden.

5. Geldmiddelen.

Art. 11. De kontributie wordt geheven volgens een door de Algemene Vergadering vast te stellen regeling. Bij de berekening van het salaris, waarvan kontributie geheven wordt, tellen niet mee de pensioenpremie en de kindertoelage.

De wijze van inning wordt door het Hoofdbestuur vastgesteld.

Voor hen, die in de loop van het boekjaar toetreden, is de kontributie evenredig met het volle aantal maanden van hun lidmaatschap.

I.eaen, die in de loop van het boekjaar bedanken, zijn verplicht de volle kontributie van het lopende kwartaal te betalen.

Het Hoofdbestuur is bevoegd in biezondere gevallen geheel of gedeeltelik vrijstelling van kontributie te verlenen.

Art. 12. De helft der bijdragen van donateurs der afdelingen wordt gestort in de kas der Unie.