* * * De carid, T. Kramer van do Theol. School sa Kampen, die het beroep heeft aangenomen naar de Geref, Kerk te Rottevalle, is door de Clessis Kollum toegelaten als cand tot do H. Bediening in dj Geref. Kerken.

* * * Vorden. Alhier werd Zondag 30 April, de beer A. J. Tenkink als predikant hij de Geref. Kerk bevestigd, door Dr. H. Franssen, van Winterswijk, dio tot tekst koos Eph. 4: 11 en 12. De bevestigde deed des namiddags zijn intrede met de woorden uit Jao. 1 : 21 en 22.

VOOB SIKBBEEH.

De v\jf Jongelingen.

Nu drie eeuwen geleden was liet in vele landen sen zware tijd voor allen die den Heere naar Zijn Woord wilden dienen.

Dat ondervonden ook vijf Fransche jongelingen, iie te Lausanne in Zwitserland hadden gestudeerd, waar men hun het leeraarsambt had opgedragen. Na eenige dagen te Genève, waar de hervormer Kalvyn woonde, te hebben doorgebracht, kwamen zij in Frankrijk terug en werden te Lyon gevangen genomen.

De tusschenkomst van het Bernsche bestuur, de _ bescherming van hooggeplaatsten, die men inriep, de belangstelling, welke die jongelingen bii vele Roomschen opwekten, dat alles strekte slechts om een smartelijk proces te verlengen, waarbij de hardnekkigheid der rechters alleen door standvastigheid der slachtoffers werd geevenaard.

In een van de eerste brieven in Juni 1552 geschreven, spreekt Kalvijn tot hen over hetgeen

merffn het werk heeft gesteld om hen te redden en over hetgeen men nog wil doen; maar, zonder hun alle hoop te benemen, bereidt hij hen voor op de meer te duchten kansen, en wekt hen op, om zonder dralen, in God dien moed te zoeken, die slechts in God te vinden is.

Door de rechters van Lyon veroordeeld, beriepen zij zich op het Parlement te Parijs. Naar Parijs gevoerd, vervolgens weer naar Lyon gebracht om aldaar hun vonnis af te wachten, ontvingen zij den lsten Maart 1553 bericht, dat het doodvonnis was beslist. „Wij zijn," schrijft hun Kalvijn, „meer dan ooit bedroefd geweest, toen wij het besluit hebben vernomen, hetwelk de vijanden der waarheid hebben genomen."

Men zal nog eenige pogingen beproeven; maar de groote, de eenige, die niet kan falen, is hen aan te bevelen aan Hem, die hen reeds zoo zeer heeft ondersteund.

„Wij zullen hier onzen plicht doen, door Hem te bidden, dat Hij hoe langer hoe meer in uwe standvastigheid Zijnen roem stelle, en dat Hij door de vertroosting zijné Geestes lenige en aangenaam make, al wat bitter is voor het vleesch, en uwe zinnen zoodanig tot zich trekke, dat gij, ziende op die hemelsche kroon, bereid zijt zonder verdriet al het wereldsche te laten varen."

Eindelijk in het begin van Mei de laatste brief:

„ De koning van Frankrijk heeft kort en bondig al de verzoeken afgewezen, die de Bernsche heeren hem hadden gedaan. Van dien kant, en zelfs waarheen wij hier beneden onze oogen ook wenden, is niets meer te hopen." Zij hebben, toen er nog hoop bestond niet opgehouden met tot God het oog te richten; zouden zij het dan nu niet doen, nu de dwang hen aanspoort al hunne zinnen

5 ten hemel te richten? God heeft hen gekozen ^ om Zijne kracht in hunne zwakheid te doen uit5 blinken.

5 „Naardemaal Hij u het voorrecht heeft bewezen, $ dat uwe boeien beroemd zijn geworden en dat ^ het gerucht er van alomme is uitgestrooid, zal de ^ mare van uw dood, ten spijt van Satan, nog 5 sterker weêrklinken, opdat de naam van onzen | God er door verheerlijkt worde." Op die wijze J gaat hij nog lang voort, ontroerd maar kloek5 moedig, steeds sprekende over hun roeping, steeds 5 het offer vragende zooals hij het zelf zou brengen, ^ zonder zijne zinnen te bedwelmen, zonder te J vragen om hem eenige smart, eenige krachtsin5 spanning te besparen, maar onwrikbaar in zijn 5 moed, onwrikbaar in zijn geloof.

^ Den 16den Mei 1553 dan stierven zij bezield J door dien geest en vol van dien moed. „Ter 5 strafplaats gekomen," zegt het geschiedboek, „be5 stegen zij met een opgeruimd hart de houtmijt, I de twee jongsten het eerst.... De laatste die ^ haar besteeg was Martial Alba, de oudste van 5 de vijf, die lang op beide knieën den Heere had J gebeden. Hij verzocht den luitenant Tignac om 5 hem eene gunst te verleenen. De luitenant vroeg 5 hem: „wat verlangt gij?" „Dat ik mijne broeders 5 mag omhelzen, voordat ik sterf," antwoorddehij. 5 De luitenant stond het hem toe. Toen oin^ helsde genoemde Martial de vier, die reeds ge^ bonden waren, tot ieder hunner zeggende : „Vaar; wel, vaarwel, mijn broeder!" Het vuur werd $ ontstoken. Men hoorde de stem der vijf belijders, ^ die elkander nog vermaanden: „Moed, mijne J broeders, moed!" en dit waren „de laatste woor5 den, die men van genoemde vijf dappere kamS pioenen en martelaren van den Heere hoorde."

Advertentiën.

De Advertentiën makengeen deelult van f officieel orgaan.

Psalm 128.

Heden zijn Ondertrouwd: | PIETER LODEWIJK HEINS en

gesina johanna keijzer

johan engelbert heins en

JOHANNA MARIA KEIJZER.

! JAN HERMANÜS KEIJZER

en ANTJE BOOIJ.

Amst. 10 Mei 1893. J. KEIJZER. Kerkstraat 192. (8540)

| Door 's Heeren goedheid werden as verblijd met de geboorte van een

T. DE RUITER, Echtgenoote van C. W. FABRIES. 10 Mei 1893. (8550)

Door 's Heeren goedheid voorSpoedig bevallen van een welgeschapen ZOON

J. E. KERBEL, jeliefde Echtgenoote van

A. WOLFF,

Amst, 30 April 1893. (8555)

-»é Op den 27sten Mei hopen !t§| onze geliefde Ouders |f|I

ABRAHAM NEEF £• ˧ en ft*'

AALTJE BOOM hunne |||I

j 12Vz Jarige Echtvereeniging f;;

-»H te herdenken. ë«-

^ JAN. fc

-§ ANTJE. S-

CUNIERA. fc

^ (8548) ABRAHAM. &Z

2--2-2-'-2''

Zoo hot den Heere behaagt hopen onze geliefde Ouders

WILLEM GNADE en

ALIDA MARIA KRAAIJENHAGEN den 25sten Mei hunne

1272-jarige Echtvereeniging

te herdenken.

' Uit aller naam, hunne liefhebbendo kinderen. Wagenaarstraat 26. (8552)

Zoo de Heere wil en zij leven, hopen onze geliefde Ouders B. OOSTERMAN en

M. A. C. MONTIJN, 17 Mei a. s. hun

121 jarige Echtvereeniging

te herdenken.

Hun dankbare kinderen.

e. oosterman. n. oosterman. (8546) K. d. oosterman.

ij Psalm 121 : 4. pi

Zoo de Heere wil en zij M«lis leven hopen onze geliefde -*!> Broeder en Zuster, Oom en £•Ijl Tante, ||t-

-a fedde de ruijter |r

^>1 en ;$*-

;J JANNA WIJNIA, EJ: -+S den 18 Mei a. s. hunne p|*-

J 20-jarige Echtvereeniging |.

-m te herdenken. &~

J L. LOWIE. ^ E. LOWIE-Wijnia.

Kinderen en Behuwdkin- fcl "•ff deren. 1*-

Amst., 12 Mei 1893. (8564)

^4 èéikü

Itg Psalm 103 : 1. §t_

->l| Zoo de Heere wil en zij i*Ilfj leven, hopen mijne geliefde ■ *1 Ouders 6*-

-J A. BISHOFFS

~Ü en S-

A. YOS fc

~jj| den 20 Mei a. s hunne

J 25-jarige Echtvereeniging fc

"■Jl te herdenken.

-3 S. J. A BISHOFFS. |£ Amsterd., 12 Mei 1893. (8563)

Den 22 Mei a. s. hopen —'gonze geliefde Kinderen, l| D. KOFFIJBERG, ~^j Pred. te Barneveld. ^

en »-

l| A. STORR %Z

—^ hunne »—

=J 25-jarige EcMyereenigiug r

—te herdenken.

Mede namens verdere Fa—« milie, »—

H. KOFFIJBERG, Zf HG. KOFFIJBERG—|l —$ (8559) YAM NIEROP.

J&-

Zoo de Heere wil en zij -«leven, hopen onze geliefdefe*It§ O uders §£

-•1 JAN BUIJS

—>§| 611 Hg HELENA ENSERINGH, •;> -»§ den 24 Mei a. s. hunne U*-

JM-jaflje ECHTïEHEENIGINEp

Zt|? te herdenken. fitl

Hunne dankbare Kinderen, ^ Behuwd- en Kleinkinderen. Cl J N. Amstel, 10 Mei 1893 (8562) fc

Eben Haëzer.

Zoo de Heere wil en zij leven, hopen onze geliefde Ouders, MAURITS ROOS

EN

NEELTJE REMMERS den 21 Mei a. s. hunne

20-Jarige Echtvereeniging

te herdenken. (8583)

Hun Zoon en Dochtei.

Heden overleed, na een langdurig, doch geduldig lijden, mijn geliefde Echtgenoot CORNELIS PAULUS YAN DEN BERG,

in den ouderdom van 33 jaar, mij nalatende 3 kinderen, te

jong om hun verlies te beseffen

Wed. C. r. V AJN JJJÏJN ÜÜKtf— Kips.

Amst. 9 Mei 1893. (8561)

Heden overleed ne een langdur ig en smartelijk lijden, onze geliefde Oudste Zoon en Broeder CORNELIS PAULUS YAN

DEN BERG,

in den ouderdom van 33 jaar. J. YAN DEN BERG, A. A. YAN DEN BERG— Logchies. R. VAN DEN BERG.

Ayy\st. 9 Mei 1893 (8560)

Heden overleed tot onze diepe droefheid, ons geliefd

JONGSTE KIND,

in den ouderdom van ruim 6 maanden.

F. W. YAN DEN BERG, A. YAN DEN BERG—

Wezel.

Amsterd., 4 Mei 1893.

Eenigtt Kennisgeving. (8535)