Fortschritte der landwirtschaftlich-chcmischen Forschung I9so on 1937 Verlag J. Nemnann, Neudamm 1017 en iqi'S geb. R.M. 13.—. J ...,\óór de organisatie van de „Forschungsdienst” voor het wetenschappelijk landbouwkundig onderzoek in het kader van de Reichsnahrstand, verschenen m Duitschland samenvattende overzichten van landbouwscheikundige onderwerpen m Ergebnisse der Agrikulturchemie en in verzamelreferaten ‘in Biedermanns Zentralblatt. Zooals bekend, is de taak van refereerend en samenvattend orgaan sindsdien overgenomen door het tijdschrift Der h orschungsdienst , dat naast de halfmaandelijksche nummers inde laatste drie jaren ook Sonderhefte uitgeeft met de tekst van voordrachten, die op congressen en vergaderingen der verschillende vakgroepen zijn gehouden Over 1935 verscheen slechts een beknopt Sonderheft met landbouwscheikundige voordrachten, maar over 1936 en 1937 zijn deze Sonderhefte over de zittingen der verschillende vakgroepen, die zich met landbouwscheikundige onderwerpen bezig houden, uitgegroeid tot ingebonden boekwerken van resp. 382 en 274 blz. Dat het laatste van deze deelen van buiten niet meer als Sonderheft van „Der Forschungsdienst” geafficheerd wordt en met uitzondering van de titel weer met romeinsche in plaats van met gothische letters is gedrukt, kan misschien als symptoom gelden vaneen meer zelfstandig karakter van deze uitgave, waarbij de wetenschappelijke beteekems boven de speciale doelstelling van dergelijk onderzoek in het tegenwoordige Duitschland wordt gesteld. Hoewel veel van de onderwerpen van deze voordrachten reeds meer uitvoerig m andere tijdschriften, in het bijzonder Bodenkunde und Pflanzenernahrung zijn behandeld, is toch de kennisname van deze overzichten voor ieder, die zich met landbouwscheikundige onderwerpen bezighoudt van veel beteekenis. Wat inde eerste plaats opvalt, is wel, dat de landbouwscheikunde zich tegenwoordig in Duitschland vooral bezig houdt met min of meer physiologische onderzoekingen over plantenvoeding, die men eerder als plantkundig • 'kundig zou kunnen betitelen. Deze onderzoekingen overtreffen in aantal en beteekenis verre die op andere gebieden, bodemkunde, veevoeding en landbouwindustrie, verschenen voordrachten. \ 001 de behandelde afzonderlijke onderwerpen moeten wij naar de uitgaven zelf verwijzen. Men zou overigens gaarne naast de voordrachten der afzonderlijke samenvattende beschouwingen over verwante onderwerpen opgenomen zien inde geest der ~Annual Reviews” op verwante natuurwetenschappelijke gebieden, om zoodoende een duidelijk overzicht over de vorderingen van het wetenschappelijk onderzoek op dit gebied te krijgen. Doch ook inden huidigen vorm geven zij speciaal voor diegenen, die niet geregeld tijdschriftartikelen lezen, een waardevol inzicht inde wetenschappelijke landbouwscheikundige vraagstukken van dezen tijd TH.' B. VAN ITALLIE. LEEFMANS, Dr. B. De draaihartigheid der kool. Med. no. I en II van de tuinbouwvoorlichtingsdienst. Min. van Econ. Zaken. Dir. van den Landbouw '37 en ’3B. Mede naar aanleiding van het Rapport van Ir. Rietsema te Hoorn over de moeilijkheden van den Noord-Hollandschen tuinbouw zijn er uitvoerige proeven genomen ter bestrijding van de larve van de galmug, die de draaihartigheid veroorzaakt. Dr. Leefmans is begonnen met een onderzoek naar de levenswijze van het galmugje, waarbij vele interessante gegevens werden verzameld, die overzichtelijk ineen grafiek zijn bijeengebracht. De datum van het eerste verschijnen der muggen was in 1936; io Juni. De mugjes leggen hunne eieren alleen als de temp.22000 C. óf hooger is. Er werden omgerekend 1.860.000 muggen per ha geconstateerd. De schr. heeft een zeer groot aantal middelen geprobeerd om de larve in het hart van de kool te dooden. Geen enkel echter is afdoende gebleken. Deze proefnemingen worden voortgezet. Op grond echter van de levenswijze van het insect beveelt de schr. aan de zomerkoel 6—lo dagen later dan gebruikelijk te planten; de tweede generatie van de mug gaat dan teloor, daar de eerste gen. haar eieren met kan afzetten. Dit zou dus een zeer eenvoudig bestrijdingsmiddel zijn. Het heeft alleen het nadeel, dat het slechts kan helpen, wanneer het alge meen wordt toegepast.

642