BEMESTING MET KALIZOUTEK.

Kalimeststoffen kunnen dan inden herfst, de Chilisalpeter in het voorjaar op het land gebracht worden, terwijl men het Superphosphaat in alle jaargetijden bezigen kan. Is de grond arm aankalk dan mag men ook het gebruik, van tijd tot tijd, van deze grondstof inden herfst niet nalaten; op grondsoorten die het water slecht doorlaten echter niet tegelijk met kali. In het laatste geval moet men het eene jaar kalk en het andere kali op den grond brengen 3. Duinzand. Zooals men weet kan men hierin met voordeel bloembollen en zeer fijne eetaardappelen verbouwen, nadat het zoo ver afgegraven en gelijk gemaakt on daarbij de afwatering zoodanig geregeld is, dat de bovengrond uit dieper liggende lagen een geregelden toevoer van vocht verkrijgt. Bij deze kuituur is het gebruik van natuurlijke meststoffen (koemest) onontbeerlijk. Doch wanneer er zich eene bepaalde hoeveelheid humus inden bodem gevormd heeft, is het geen vereischte meer om inde geheele behoefte aan voedsel der gewassen op deze wijze te voorzien. Kunstmatige mengsels van handelsmeststoffen kunnen met stalmest zeer goed afwisselen. Mengsels van Chihsalpeter met Superphosphaat en Chloorkalium of van Kalisalpeter met Superphosphaat kunnen hierbij goede diensten doen. Bevat het zand veel overblijfsels van schelpen, dan kan een mengsel van Zwavelzure Ammoniak, Bicaleiumphosphaat en Chloorkalium gebruikt worden. Omtrent bepaalde verhoudingen van de hoeveelheid der verschillende stoffen moeten plaatseljjke toestanden uitspraak doen. 4 Gewassen, die veel kali behoeven op kaliarme grondsoorten en btj uitvoer van qroote hoeveelheden kali. . , „ a. Tabak. Bij de cultuur van tabak worden in ieder geval alle bestanddeelen der bladeren voor goed uit de boerderij verwijderd, dus uitgevoerd. Na langdurig volgehouden bemestingen met stalmest plegen grondsoorten, die jaar op jaar uitsluitend, of ook met wortelgewassen afwisselend, voor de takakscultuur dienen, betrekkelijk zeer rijk aan phosphorzuur te worden; van daar dat Gerst na Tabak meestal ruime opbrengsten levert. Om dezelfde redenen men echter in vele gevallen, op zwaren zoowel als op lichteren bodem, een gedeelte der stalmestbemesting vervangen door mengsels van handelsmeststoffen, die rijk aan stikstof en kali zijn. Verbouwt men fijne soorten van tabak, dan zullen de kosten voor kalisalpeter rijkelijk vergoed worden. In ieder geval zal deze goedkooper komen te staan dan eene equivalente hoeveelheid van gemakkelijk oplosbare stikstof en kali, door stalmest op het land gebracht. Voor gemeenere soorten en bij lage tabaksprijzen, moet men zijn toevlucht nemen tot Chilisalpeter, waarbij dan eene kleine hoeveelheid Chlooikalium gevoegd kan worden. Is Chili-kalisalpeter met een hoog kaligehalte niet te verkrijgen, dan kan op zandgrond eene herfstbemesting van Chloorkalium met bijtende (= pas gebluschte) kalk van veel nut zijn; in het voorjaar moet dan tevens eenmaal of vaker eene bemesting met Chilisalpeter aangewend worden. Een kunstmatig bemestingsmiddel echter, een mengsel van hand meststoffen dus, dat voor de cultuur van tabak en andere gewassen, die veel kali behoeven als practisch kan worden aanbevolen, ontbreekt tot nog toe. Van veel nut zou hier wellicht de door den

119