LANDBOÜW-ONDERWIJS.

Nu reeds sedert eenige jaren in werkelijkheid goed ingericht Landbouw-onderwijs gegeven wordt, deed zich als van zelve de vraag voor: in hoeverre kan er nu reeds een oordeel geveld worden °Ver de wenschelijkheid en uitvoerbaarheid van verandering of Uitbreiding van dat onderwijs; tevens: moet er niet getracht worden om het meer algemeen verkrijgbaar te maken, zoodat ook Winder door de fortuin begunstigde ouders hun kinderen er aan kunnen doen deelnemen? Vooral de laatste vraag weegt bij velen, die van het landbouwonderwijs een ernstige studie gemaakt hebben, zeer zwaar en ’t is zeker een verblijdend verschijnsel inden tijd dien wij beleven, uat men het verkrijgen van meer „macht” door grondige „kennis” °ok voor hen mogelijk wenscht te maken, die er nog niet om Vragen. Eere aan de mannen, die strijden voor ontwikkeling van ue niet gefortuneerde leden der menschelijke maatschappij! Zij 'Venschen het beste voorbehoedmiddel dat er bestaat, aangewend te 2ien tegen rampen, waardoor andere volken op de vreeselijkste 'Vijze werden en enkele nog in onze dagen worden geteisterd. ’t Is echter ook hier noodig, dat men, door het najagen vaneen Merkelijk schoon doel, niet het goede dat reeds bestaat, weder ufbreke. Dit was blijkbaar ook het leidend beginsel bij de schoone, Van grondige studie en veel opgedane ervaring getuigende rede, daarmede de Inspecteur van het M. 0., Prof. Dr. M. Salverda —■ aan wien wijde tegenwoordige organisatie van het Landbouwonderwijs hoofdzakelijk te danken hebben de besprekingen over uat onderwijs op het Congres inleidde en er ook verder deel aan nam. Het volgende is overgenomen uit de Prov. Overijsselsche en Ztvolsche Courant van 30 Juni (1). Spreker (Prof. Salverda) stelde zich zelf ten plicht kort te zjjn ?U uitte daarbij den wensch, dat naar aanleiding van het gesprokene 'edor onbewimpeld zijn opmerkingen en gedachten mocht mededeelen: Volgende vragen werden nu gesteld: I. Wat kan de Rijkslandbouwschool anders doen dan ze thans doet? 11. Wat zou de school meer kunnen doen? , lil. Wat kan de landbouwschool niet doen? (wat ligt niet op uaar weg?) . Omtrent punt I rijst eerst de vraag: wat kan veranderd worden 1)1 liet leerplan, ten tweede welke veranderingen kunnen er gebracht borden in het toegankelijk stellen der school. Stellig is het landbouwonderwijs nog niet op de hoogte; het is slechts een proefneming. Men heeft allerlei bezwaren tegen Uet leerplan. Aan de afd. A (2) worden de jongelui te vroeg toejtelaten, zij zijn niet rijp, beweren sommigen. Zij willen dat de eerlingen een paar jaar voorbereid worden op de hoog. burgerschool, Aderen zelfs 3 jaar, zoodat de driejarige landbouwcursus tot een • (1) In het officiëele Congresverslag zelf, dat waarschijnlijk binnen weinige weken 1 licht zal zien, wordt een en ander nog meer uitvoerig medegedeeld. 0 (2) In deze afdeeling kunnen de jongens worden toegelaten als zij goed lager herwijs hebben genoten. De cursus duurt hier drie jaar. 9*

131