vroeger zelden voorkwam, zich inden laatsten tijd meer, naar men meent als gevolg der vee-importen uit Europa , onder den veestapel hebben geopenbaard. De uitvoer van paarden , runderen , schapen , vleesch en de van deze dieren afkomstige produkten vormen inde Argentijnscbe Republiek een enorme industrie; zoodat het niet van belang ontbloot is, na te gaan door welke veeziekten do veestapel in Europa door het invoeren van vee , vleesch enz. bedreigd zou kunnen worden. De besmettelijke veeziekten , in do Argentijnscbe Republiek bekend , kan men verdoelen in twee categorieën : de eerste gevormd door die ziekten, welke inderdaad epidemisch heerschen en de tweede door de slechts sporadisch verschijnende , welke geen sterfte van belang veroorzaken. De bepaald epidemisch heerschende zijn : 10. Miltvuur, Anthrax, aldaar genoemd Karbonkelkoorts, Carbuncls. Deze ziekte komt in al haar vormen voor en heerscht in meerdere of mindere mate inde streken , gelegen ten noorden van 38° Z. Br., dus in bijna geheel het gekoloniseerde deel van Argentinië. Het aantal aangetaste beesten vermindert echter jaarlijks en zal weldra tot een onbeduidend cijfer zijn teruggebracht, tengevolge van het algemeen geworden gebruik der anti-carbunculeuze inentingen van Pasteur. In het jaar 1899 werden ingeënt: 148.368 runderen , 93.352 schapen en 1650 paarden. 20. „La ïristeza”, aldaar genoemd rundermalaria. Deze zeer verspreide parasitaire ziekte zou volgens Prof. Lignièees dezelfde zijn, welke in Moord-Amerika „Texasfever” en in Indië en Australië „Tickfever” wordt genoemd. Met een technisch woord door piroplasmose aangeduid, naar de parasiet „Piroplasma bigeminum”, heerscht zij ten noorden van 38" Z. Br. Vooral het vee van de streken, gelegen ten noorden der provincie Buenos-Aires , San Luis en Mendoza , heeft er nogal van te lijden. 30. EI mal de caderas, kroepziekte, progressieve paralyse van de achterband , is eene ziekte , welke voornamelijk paarden en muildieren aautast en toegeschreven wordt aan een bloedparasiet, de ïrypanosomum equinum. Deze parasitaire bloedziekte , na verwant aan Surra en Nagana, heerscht ineen belangrijk deel van subtropisch Zuid-Amerika, in het bijzonder inde aan Paraguay grenzende Braziliaansche provinciën, in Bolivia , Paraguay en in sommige streken der Argentijnscbe provinciën Salta , Jujuy , Santiago del Estero , Tucuman , Santa Fé , Corrientes , Shaco en Pormosa. Zij veroorzaakt veel sterfte onder den paardenstapel, waardoor inde besmette landstreken voortdurend gebrek aan paardenmateriaal bestaat en jaarlijks de voor militaire doeleinden en voor landbouw vereisehte paarden van elders moeten worden betrokken. De meesten dezer dieren sterven nog in hetzelfde jaar , waarin zij worden aangevoerd. Zoo ontving het regiment cavalerie aan de Rio Berméjo (Shaco) in 1898 eene aanvulling van 600 paarden , waarvan in October en November van datzelfde jaar nog slechts een honderdtal gezonde dieren overgebleven waren. De ziekte kenmerkt zich dooreen voortschrijdende verzwakking van de achterband , die min of meer spoedig in eene algeheele verlamming (Paraplegie) overgaat. Wanneer de patiënten behoorlijk verzorgd worden, kunnen zij het nogal lang uithouden ; want tot op het laatste oogenblik blijft de eetlust goed ; de dorst is evenwel verhoogd. De temperatuur stijgt weinig of niets , evenmin zijn er belangrijke af-

317