HET COKBERVEEREN VAN DEN STALMEST.

petrigzure en koolzure ammoniak, verhinderen de vorming en het ontwijken van vrije stikstof en bewerken de volkomene absorhtie (het vast leggen) der ammoniak. Superphosphaat is derhalve het beste conserveeringsmiddel a. tot onderhouding vaneen gezonde dampkringslucht in en om de stallen; b. tot bewaring van de volle waarde van den stalmest; c. tot verhooging van de vruchtbaarmakende kracht van den mest door de toevoeging van oplosbaar phosphorzuur naast de conserveering van oplosbare stikstofverbindingen. Aangaande het geldelijk voordeel door het conserveeren van den stalmest verkregen, zal men zich aanstonds eene duidelijke voorstelling maken als men op de uitkomsten van de volgende proef achtslaat: 12 300 Kg. stalmest werd op de algemeen gebruikelijke wijze zoodanig toebereid dat geenerlei verlies door wegvloeien van vloeistof mogelijk was; het gehalte aan stikstof bedroeg 0.396 pCt. zoodat gezamenlijk 48.7 Kg. stikstof aanwezig was. Na 7 maanden liggens bij gewone behandeling was nog 37.35 Kg. Stikstof aanwezig, een verlies dus van 11.35 Kg. of 23.3 pCt. Dit cijfer komt overeen met vele andere proefnemingen en bewijst, dat bij de dikwijls veel minder zorgvuldige behandeling van den mest het verlies zeer groot moet zijn, aanmerkelijk grooter nog dan het hier gevondene. Om een voorbeeld te noemen, verloor bij eene proefneming, niet geconserveerde, versche gier, die tot bevochtiging van niet geconserveerden stalmest gebruikt werd, die dus door het opnemen van oplosbare stikstofverbindingen uit den laatste aan Stikstofgehalte had moeten winnen, in 15 weken 60 pOt. Stikstof, terwijl met Superphosphaat geconserveerde gier even als de mest zelf aan stikstof rijker werden. Op 1000 Kg. levend gewicht aan vee rekent men gemiddeld 36.5 Kg. vaste en 11.3 Kg. vloeibare uitwerpselen met strooisel of ineen jaar omstreeks 17 500 Kg. mest, die bij een gehalte van 0.454 pCt. stikstof gemiddeld 79.5 Kg. van dat bestanddeel bevat. Schat men het verlies op 23.3 pCt., zooals bij de boven beschreven proefneming werd gevonden, dus matig, dan is dit 18.52 Kg. Stikstof die in niet geconserveerde mest per 1000 Kg. levend gewicht van vee verloren gaan. Door regelmatig strooien tusschen den mest van hoogstens 0.4 Kg. fijn gestampt droog Superphosphaat (met gegarandeerd 16 pCt. Phosphorzuur en ± 60 pCt. gips) per 1000 Kg. levend gewicht en per dag of 150 Kg. in het jaar, zal men, in tegenoverstelling van hetgeen bij de gewone behandeling plaats vindt, alle Stikstof inden mest bewaren en derhalve voor iedere 1000 Kg. levend gewicht een zuivere winst verkrijgen, gelijkstaande met de waarde van 120 Kg. Ohilisalpeter. Niet dikwijls en dringend genoeg kan gewezen worden op de schrikverwekkende grootte van het verlies aan stikstof ten gevolge van slordige behandeling en zelfs wanneer dit meer zorgvuldig geschiedt, maar zonder van oonserveeringsmiddelen gebruik te maken; en niet te sterk kan het conserveeren van den stalmest, door er Superphosphaat tusschen te strooien, aanbevolen worden. Het binden of vastleggen van Stikstof veroorzaakt op deze wijze geene kosten, daar men slechts een klein gedeelte van de hoeveelheid

71