DE SUIKERBIETENTEELT,

gezet worden. De ruimte voor elke biet wisselt van B—l28—12 vierk. decimeter. De afstand der rijen wordt van 35—42, de afstand der bieten inde rij 25—35 centimeter genomen. Welken invloed de stand op het suikergehalte uitoefent, leert de volgende proef: plaatsruimte . 5 6 7 8 9 10 11 v. dm. suikergehalte. 11.4 9.3 9.9 8.9 7.4 7.8 7.5. Het zaad mag niet te diep ondergebracht worden, 2 3 centimeter wordt aanbevolen. Het vormen vaneen vaste korst door regens moet op alle mogelijke wijzen tegengegaan worden, het meest wordt hiervoor een gegroefde rol aanbevolen. Zijnde planten te voorschijn gekomen dan wordt gehakt. Het verdunnen dient zoo vroeg mogelijk te geschieden. Knauer noemt gevallen, waar acht dagen vroeger uitdunnen een meerdere opbrengst van 8000 K.G. per heet. tengevolge had. Als de meest geschikte tijd wordt opgegeven het oogenblik dat de biet twee goed ontwikkelde bladen heeft. Om vroeg rijpe bieten te krijgen wordt aanbevolen: de richting der rijen Zuid-Noord te leggen. Ten slotte heeft de tijd van oogsten invloed op het suikergehalte. De oogsttijd is daar, als de onderste bladen verdrogen, de middelste zinken en allen geelgroen worden. De levering dient zoo snel mogelijk na het rooien te geschieden, daar bij warm droog weder 8 pCt. door uitdrogen kan verloren gaan. Naar aanleiding van het bovenstaande doen zich van zelve de volgende vragen voor: I°. Welke soort bieten is de voordeelisste? 2°. Welke bemesting levert de beste resultaten op? Naast deze beide hoofdvragen komen dan andere van minder gewicht. Beide bovengestelde vragen dienen zoo spoedig mogelijk beantwoord te worden; het zou daarom aanbeveling verdienen als eenige leden reeds dit jaar genegen waren proeven in deze richting te nemen. Bij een goede inrichting behoeven de kosten geen bezwaar te zijn. Ik stel mij voor dat de zaak op de volgende wijze ingerioht wordt: Als proefveld stelt eender leden een halve heet. bietenland beschikbaar. Dit wordt in 5 gelijke deelen verdeeld en met 5 der meest aanbevolen soorten beteeld en op geheel gelijke wijze behandeld. Inde kosten van het zaad draagt de vereeniging de helft. De oogst van elk stuk, schoongemaakt zooals de fabriek het verlangt, wordt gewogen en een monster opgezonden om het suikergehalte te bepalen. De kosten hiervan draagt de vereeniging. De bieten zijn het eigendom van den proefnemer, die ze verkoopen of vervoederen kan. Yoor bemestings-proeven wordt een soort zaad genomen en de stukken verschillend bemest. Overigens als boven. Wordt dit jaar zoo gehandeld, dan krijgen we materiaal voor het vaststellen van regels bij de cultuur. Een volgend jaar kunnen dan andere vragen opgelost worden. Zeer aangenaam zou het mij zijn, indien er leden zijn, genegen

91