nier van: „margarine, béter dan boter.” Het komt óns dan ook voor, dat het protest van onzen boerenstand tegen deze en alle andere onrechtmatige margarineprotectie nimmer mag verflauwen en dat we met nimmer ophoudenden ijver zullen hebben op te komen voor ons recht; de boter in ons land te stellen op de eerste plaats bij de spijsvetvoorziening van ons volk, waarnaast aan de margarine als aanvullend vet een bescheiden plaats kan worden gelaten.

Dit symptoom van bescherming van de margarine-industrie staat evenwel helaas niet alleen. Het is immers ook bekend, diat den propagandisten, aangesteld pp kosten van het melfcgehj der zuivelboeren, om propaganda te maken voor melk en zuivelproducten, is verboden om daarbij te spreken over margarine! Men zou zoo zeggen, dat het dan toch zéker ongeoorloofd zou moeten zijn, om de nereiders van het kunstproduct het recht te geven om te spreken over boter en dan nog wel inden zin: margarine is beter dan boter! Och, zoo is hier zooveel meer, dat men met den besten wil ter wereld niet kan vatten. Hoe komt het toch, dat nog nooit is weerlegd als zou de grondprijs der margarine toelaten, flat deze industrie op dat product zoo om en nabij 100 pet. winst kan maken? Hoe komt het toch, dat men de melkproductie wil beperken, op een tijdstip, dat ons volk meer margarine dan boter consumeert? Hoe komt het, dat men ons volk boter laat eten tot tegen een gulden Iset pond, terwijl men aan buurman die boter levert tegen 30 40 50 60 cent per k.g. en gros?? Hoe komt het, dat men den werkloore dwingt onvermengde margarine te consumeeren tegen een prijs, die soms uitgaat bóven den exportboterprijs? Hoe komt het, dat men een groot deel van ons volk margarine met een weinigje boter vermengd aan,,smeert” tegen een prijs, die een veelvoud is van dien exportboterprijs??? Men kan hier eigenlijk zooveel vragen stellen als men wil. Het geheele boter-margarinevraagstuk is raadselachtig. Raiadselachtig is ook, dat is toegestaan het maken van reclame voor „Blue Band, versdh gekarnd”, en van zooveel andere reclames, waarin men misbruik maakt van voorstellingen, ontleend aan den zuivel. Onze conclusie is dan ook deze: Dit margarinemonster is een onberekenbaar gevaar en wij, boeren, en ten slotte alle plattelanders, zullen ons goed hebben in te stellen op ©en zwaren strijd tegen dat monster, een strijd, die óók zal gaan tegen vele onberekenbare machten, échter en néast die margarine. Wij zullen ook voor dit belangrijke onderdeel van onzen strijd voor recht en voor een redelijke positie inde maatschappij hebben te beseffeff, dat men in deze groote dingen één lijn kan trekken en één lijn móet trekken, zal men slagen. Helpt dus allen mee, opdat ten slotte L. & M. de macht en den invloed verwerft, die het margarineschandaal in Nederland beëindigt. • • • De margarine is de groote vijand voor den zuivelboer. Toch heeft hij ook nog rekening te houden met gevaren uit andere richting. Een daarvan kunnen we ontdekken, als we zien naar *--j – .. ■ onzen export naar Cuitschtand. Er is in ons land n.I. onder leiding van onverantwoordelijke menschen een actie ontketend om „Het Derde Rijk” te boycotten, d.w.z. het uitte sluiten van de levering van industriëele producten, die ons land voorheen vandaar betrok. Helaas loont hier het kwaad niet z’n meester, doch krijgt de boer de wrange vruchten van dit drijven te oogsten, doordat Duitschland natuurlijk in gelijke mate onzen import gaat weren als de eigen export naar ons land gaat afnemen. Het laatste nu betreft in hoofdzaak agrarische producten, waaronder de zuivel- en tuinbouwproducten een belangrijke plaats innemen. Genoemde lieden, die aldus beoogen om Duitschland te treffen, benadeelen daarmee ten slotte den eigen boerenstand. Het zal dan ook goed zijn, om, overal waar zulks pas geeft, op dit kwaad te wijzen, desnoods om te eischen, dat dergelijke neigingen worden onderdrukt, niet in ’t belang van Duitschland, doch in ’t belang van onze eigen bevolking. i * * * Uit de bladen heeft men kennis kunnen nemen, dat met name in Friesland een heftige actie Is ontketend om te komen tot een redelijker verdeeling van de Kalverschetaen. Duizenden adressanten verzoeken om opheffing van bevoordeeling van stamboekfokkers. Ook dit is dus weer een voorbeeld van verdeeldheid, waartegen we niet zullen ophouden te waarschuwen. Op de kwestie zelf willen we niet ingaan. L. & M. is niet de organisatie, döe op allerlei technische details ingaat, en vooral niet, wanneer dat betreft een detail van het toch zoo hopeiooze huidige landbouwcrisisapparaat als de kalvertoewijzing O.i. móet een dergelijke toewijzing stééds aanleiding worden tot onbillijkheid, ook al zijn alle menseden van goeden wille. En bet is mede daarom, dat wij bij L. & M. af willen van dat geregel vanuit Den Haag en langs administratieven weg, dat o.i. steeds zal vastloopen. We willen dan ook van dezen strijd om de schetsen slechts zeggen, dat hij voortkomt * uit het stelsel en dat men dezen en dergelijken strijd steeds zal houden in het huidige stelsel, reden waarom we alle ontevreden elementen op het hart willen binden, kennis te nemen van het stelsel van landbouwcrisispolitlek van L. & M., dat afstand doet van dergelijke administratieve maatregelen en dat dus het ge- i voelde onrecht volledig zal teniet doen. i Men doet in dezen beter het geheel te zien i en met ons te strijden voor een stelsel van automatische aanpassing van de bedrijven op i een hooger prijspeil, dan dat men z’n kracht 1 verliest ineen actie ter verbetering vaneen be- ; paald onderdeel, welke verbetering immers toch i weer zal blijken te zijnde aanleiding tot • ander onrecht en tot nieuwe moeilijkheid. Tot slot nog één opmerking. Velen onzer ; zullen zich de uitlatingen herinneren van re- 1 geeringscommissaris Ir. Louwes, verleden : jaar dat men de varkensproductie nu toch eindelijk volkomen inde macht had. Velen < zullen het verslag hebben gelezen vaneen i rede van Ir. Louwes te Parijs, waarin hij hoog ’ opgaf van de doeltreffendheid van de maat- i regelen t.a.v. de varkenshouderij. Be uitdruk- 1 king; „de zaak marcheert”, die in die rede i moet zijn gebruikt, dreigt zelfs tot een gevleugeld woord te worden. i

t Helaas bereikt ons nu een uitlating van Ir t De Jong, voorzitter van de Ned. Veehouderij* centrale, die het dus kan weten, dat de var\ kenspositie dusdanig inde war is, dat.... het aanbod van zouters de afnam ©mogelijkheid negen & tienmaal overtreft! i „De zaak marcheert!” ■+ + + INGEZONDEN MEDEDEELING. Lid zijn van Landbouw en Mij. houdt o. a ook in: Te kopen bij Uw medeleden en adverteerders in Uw courant. Daarom Uw VOEDERARTIKELEN en KUNSTMEST van R. SPIKER’s Handel Mij. N.V. Oliefabriek „DE NOORDKANT” MEPPEL. (Lid L. en M.) Vervolg Officieele Mededeelingen. binnen afzienbaren tijd zal komen. Hij beschouwt het als een plicht van de boerenbonden de provinciale landbouworganisaties, waar mogelijk, te steunen en te versterken en hij zelf zou nimmer met een actie accoord kunnen gaan, die de bestaande organisatie afbreuk zou doen. Wij hebben reeds te veel versplintering in ons landbouworganisatiewezen. De O.L.M. is het niet eens, of slechts gedeeltelijk eens met het systeem van Landbouw en Maatschappij,, maar zelfs dat behoeft een goede verstandhouding niet inden weg te staan. Men kan zeer goed een „verschil” van meening hebben, zonder dit tot een „geschil” te laten ontaarden, waartoe tegenwoordig maar al te veel neiging schijnt te bestaan. Persoonlijk moet hij erkennen, dat hij een even toegewijd lid is van de O.L.M. als hij dit van onzen Boerenbond is en hij hoopt ditzelfde van elk lid van onzen Bond in Overijssel. De vergadering kan zich met deze uiteenzetting van den voorz. geheel vereenigen en besluit hiernaar te handelen. Door den heer Q. van der Meer, van Bathmen werd medegedeeld, dat döor de coöp. zuivelfabriek daar ter plaatse voor dit jaar wederom een bedrag van f4O ten bate van den Overijsselschen Boerenbond beschikbaar is gesteld, welk bedrag in dank aan de geefster, gaarne door de vergadering werd geaccepteerd. Mede in verband met het feit, dat op de vorige vergadering is gesproken over mogelijke opheffing van de tusschenschakel inden organisatorischen opbouw van onze beweging, in casu de kringen, is deze kwestie wederom aan de orde gesteld. Aangezien voor oplossing van deze kwestie de kringbesturen ook hun meening hedenmiddag zal worden gevraagd, werd na ampele bespreking hierover, deze vergadering officieel gesloten, om over te gaan tot een vergadering van Hoofdbestuur met Kringbesturen. Na opening bracht de voorzitter direct voornoemd punt met eenige inleidende woorden in bespreking. Al ras bleek, dat verschillende kringbestuursleden zich op dit punt goed hadden beraden en met een gevestigde meening naar voren kwamen. Alhoewel verschillende leden toegaven, dat naar hun meening door de kringen wel eens meer werk van propaganda had kunnen worden gemaakt, waren toch allen de gedachte toegedaan, dat de groepeering in kringen dient te blijven bestaan. Aldus werd besloten. De algemeen secretaris gaf daarop een korte uiteenzetting van de werkzaamheden van de kringen, ressorteerende onder de afdeeling Drenthe. De werkzaamheden van de kringen zullen nader bij huishoudelijk reglement worden vastgesteld. Zoo mogelijk zal door het Hoofdbestuur inden vervolge een kleine financieele bijdrage worden verstrekt. Hierna krijgt de heer Meinsma, directeur van de N.V. Agrarische Pers, het woord, om de vergadering een beeld te geven van den opzet en werking van de Agrarische Pers. Spr. begon met op te merken, dat het plaatsen van aandeelen inde provincies Drenthe en Groningen een vlot verloop heeft gehad, doch dat er in Overijssel op dit gebied nog niet voldoende is bereikt. Hij heeft dan ook gaarne de uitnoodiging van ons Hoofdbestuur aangenomen om hier vandaag over de Agrarische Pers te spreken. Spr. stelt zich de werkzaamheden van de Agr. Pers voor als een veld, waarvan hij hier, vanwege de uitgebreidheid slechts drie akkers om in landbouwtermen te spreken kan behandelen. De drie akkers werden door spr. geformuleerd in drie vragen: 1. Hoe voelt men de noodzaak vaneen eigen persbedrijf aan? 2. Hoe moeten wede stichting van de Pers mogelijk maken? 3. Hoe kan het Hoofdbestuur en kunnen de plaatselijke afdeelingen meewerken tot plaatsing van aandeelen? De noodzaak tot stichting voelen we alle dagen. Een sprekend voorbeeld van de laatste dagen is weer het adres van de Rotterdamsche graanhandelaren aan de Regeering, waarin de verzuchting tot uiting komt: houdt nu toch eens op met al dat graan in het binnenland te verbouwen, want de uitvoer is al tot ongeveer de helft verminderd. Het opnemen van dergelijke berichten door de groote pers geeft aan een groot deel van ons Nederlandsche volk een zeer verkeerde voorstelling van de waarde van het landbouwbedrijf voor de maatschappij. De voorbeelden zijn verder legio. De stichting wordt mogelijk gemaakt door de uitgifte van vele kleine aandeelen. Zoodoende kan schier iedereen medewerken aan de bijeenbrenging van het benoodigde kapitaal, en het heeft verder het voordeel, dat de landbouw in uitgebreide kringen direct financieel bij de onderneming geïnteresseerd is. Vooral voor de plaatselijke afdeeling is een : taak weggelegd om aandeelen geplaatst te I

' krijgen, waarbij het Hoofdbestuur steun kan – geven, door aan de afdeelingsbesturen goede ■ voorlichting te geven. t Op deze uiteenzetting volgde een geani-1 meerde gedachtenwisseling. Verschillende vragen werden den heer Meinsma gesteld. Bij de beantwoording daarvan weidde spr, – uitvoerig over enkele onderdeelen van finan– cieelen aard uit. Aangezien nog altijd sommige menschen, meestal uit onwetendheid, ” eenigszins wantrouwig staan ten opzichte van r de geldelijke verplichtingen der aandeelhouders, wilde spr. er hier nogmaals den nadruk ! op leggen, dat deze niet verder gaan dan tot het storten van het bedrag waarvoor men aan, deelen neemt, is het aandeel betaald, dan ■ kan de Agr. Pers van den betrokkene onder , geen beding meer geld vorderen. ■ (n verband met de vraag of op deze aan, deelen ook dividend zal worden uitgekeerd, ■ antwoordde de heer Meinsma, dat bet bestuur , overtuigd is, dat de Agrar. Pers een behoor' lijke winst zal maken, waaruit dan zeer zeker dividend zal worden uitgekeerd. Hierna volgde sluiting en zijn wij naar onze resp. haardsteden teruggekeerd, met de , overtuiging thans aan den slag te moeten , gaan voor de Agrarische Pers. De secr. \ De Veenkoloniale Landbouwers loopen te samen. Ruim 1200 personen te Wildervank bijeen. Wildervank is er dezer dagen getuige van geweest dat de landbouwende bevolking in i de Veenkoloniën niet langer tevreden is met den gang van zaken aan het landbouwcrisisbureau. De aardappelteelt komt ernstig in het gedrang. En door de inkrimping van die teelt bet geheel® bouwplan! Er moeten andere wegen worden gezocht. En de veenkolonialen zijn er van overtuigd dat er andere wegén te vinden zijn. Daarom meet er iets gebeuren. Daarom moet er actie gevoerd. Daarom ook moet er eensgezindheid komen in het landbouwkaroo. Dat vooral kwam op deze massale bijeenkomst van meer dan één zijde naar voren. Het is ons niet mogelijk in dit nummer een uitvoerig verslag dezer vergadering op te nemen. Daarom volstaan we met een korte weergave van de feiten. Hotel „De Nederlanden” was veel te klein om alle bezoekers te kunnen bevatten. Daarom werd ook de zaal van hotel Bakker in beslag genomen. Beide zalen waren geheel bezet. De sprekers wisselden, zoodat alle aanwezigen dezelfde redevoeringen hebben kunnen beluisteren. Ze hebben getoond hoe de heer De Velde de moeilijkheden van de Veenkoloniën in verband met het aardappelmeel – vraagstuk heeft geschilderd. Ze hebben zijn betoog krachtig onderstreept. Verschillende aanwezigen drongen aan op hechtere samenwerking met den V.8.8. en wekten de aanwezige leden van laatst genoemde organisatie op, daarop krachtig te attendeeren inde eerstkomende V.8.8.-vergadering. De aanwezigen hebben mee geloefd met de zeer goed gedocumenteerde rede van den heer We 11 cm an, over „Naar het land terug”. Ze hebben eveneens onderstreept de gloedvolle peroratie van den , heer Evers. Het was kortweg; een enthousiaste ver gadering, die getuigde van groote eensgezindheid, maar ook van vastberadenheid en van ernstig besef van den critieken toestand. De Veenkoloniale landbouw heeft laten zien, dat „Den Haag” nog niet alles kan doen, wat Haar wordt geadviseerd en op gedrongen door groepen en personen, die den landbouw en het belang van ons land onvoldoende kennen. Alle gevoerde besprekingen werden tenslotte bekrachtigd door aanneming van de volgende motie, welke werd verzonden aan ■ den Minister van Landbouw: „De afdeeling „Groningen” van den Nationalend Bond „Landbouw en Maatschappij”, in een Veenkoloniale vergadering bijeen ten getale van ongeveer 1200 personen, in het hotel „De Nederlanden” te Wildervank, spreekt als haar meening uit, dat het systeem van Landbouwcrisispolitiek van de regeering geen oplossing geeft van de crisistoestanden inden landbouw, dringt er bij de regeering met de meeste klem op aan, gezien het feit, dat de landbouwproducten niet een loonenden prijs hebben, het systeem van Landbouw en Maatschappij, zooals dat steeds wordt gepropageerd, en waarin op het noodzakelijke gebruik van pro- : ducten van eigen bodem en dus ook aardappelmeel wordt aangedrongen, onverwijld wordt ingevoerd.” ■ Hunnen wij allen propagandisten zijn? ! Enkele dagen geleden, terwijl! ik druk bezig , was het melkgereedschap schoon te maken, – kwam er een meneer bij me met de vraag of „de baas” ook thuiswas. We praatten samen ‘ enkele ©ogenblikken over ditjes en datjes, 1 totdat „de baas” er was. De bezoeker had al eens eerder een kistje sigaren aan ons ver- ; kocht, en hij trachtte dit natuurlijk nog eens weer te doen. Intusschen komt mijtn broer de , keuken binnen, terug vaneen vergadering, met ons insigne op de borst. Ik klopte den koopman eens op den schouder en vroeg hem, of hij ook al in het bezit * was van ons insigne. Het antwoord luidde: ' „Neen”. Hij voegde daar echter aan toe, dut ' hij er wel eens over gedacht had, om lid ' en abonné te .worden. j Hiermee kwamen we natuurlijk direct op ( den goeden weg. | ’k Heb nog ©ens even met ham gepraat en ( jawel hoor, hij .werd lid van onzen bond en , abonné op onze krant. : Kunnen wij allen propagandisten zijn? Het antwoord ligt in het voorgaande opgesloten. 1 Inderdaad kunnen wij allen propagandisten zijn. 1 Wanneer er iemand bij ons komt en tracht iets te verkoopen, laten wij er dan direct ( acht op geven, ,of ons insigne ook gedragen c wordt. Zoo neen, dan moeten wij- trachten om de bezoeker of bezoekster er een te ver- ’ koopen en als lid en abonné te winnen. s Gelukt ons dit die eerste keer niet, wel, dan ' probeeren wij het een tweede of derde keér e nog eens kalm weer. Ons motto blijve: We I koopen allereerst van leden ®n van adver- \

INGEZONDEN MEDEDEELING. HEEREN! Bezoekt U Zaterdag a.& de Vergadering te Winschoten. Ko m t dan ook even kijken f>U JACQ VAN CALKAR – IWembut Wij brengen U een schitterende collectie Heerenmodes. —— —i—-

Van Reizen en Trekken. i. Komt ’t je soms ongeloofelijk voor, Omdat je ’t niet vond inde boeken, Dan moet je, daar dient het reizen voor» 1 Het zelf maar gaan onderzoeken. Hoewel een boer weinig reist, en ’t trekken meestal schade beduidt, kan ’t eerste hem nooit schaden en moet het tweede steeds weer, om ruimte te maken voor een ander* , De groote landdag te Assen deed het duide* lijk uitkomen. Of zou de crisis ook voor een deel een gevolg hiervan zijn, dat er een teveel op de , plaats blijft en geen plaats wil maken? In oude tijden, wanneer niet goedwillig werd verhuisd, door het teveel inden stam, dan werd er om geloot, of ook wel d'oor de oud* sten aangewezen wie te vertrekken hadden* Nu is het de grootste staatsmanswijsheid, elders landen als koninkrijken braak te la*®* . liggen, om allen bij huis te houden, gelij® sommige kortzichtige, kleinzielige, egoïstische ■ ouders doen met hun kinderen, en liever armoe lijden, door flink de kansen des leven* te benutten. We hebben groote, rijke en dunbevolkts koloniën. Waarom niet, als de EngelscheO» daar volksplantingen gesticht voor het teveel van onze bevolking? Daar zou toch niet allee® materieel, maar zeker moreel, veel meer vruch' van te wachten zijn, dan van het huisveste») voeden en kleeden van al onze werklooze» en leegloopers, terwijl nu nog bovendien e®J premie wordt gegeven voor het groote gezi»1 Terecht zegt Prof. Huizinga in „Inde schaduwen van morgen”: de wereld is bezete»* Men zegt wel eens, dat recht en onrehht stuivertje gewisseld hebben. Dat bet egoïst® in onzen door en door democratischer! tij® grooter is dan ooit, zal wel riiet gemakkelij* zijn te weerleggen, en wanneer dit egoïst hoogtij viert bij die machthebbers, die va® huis uit niet kennen: adeldom verplicht dan zijnde anderen er zeer slecht aan toe* Wanneer een kruiwagen vol gunst mc®f beteekent dan een „wagenvracht” kennis 611 ervaring, waar moet het dan heen? Hoewel er altijd zijn, die beweren, dat * steeds nog weer op z’n pootjes is terecht Sp komen, zijn er ook, die roepen als met e®® Maroén Vaiï dén toren.: Wee mijn volk! 1 Agrariërs, vereenigt Ut Wij, leden van L. M„ behooren zekcf niet tot de eersten, maar zien den huidige® toestand van ons land en volk zeer ernstig in, en moeten over al onze principes en verschillen heen, elkander en anderen toeroepö®! Agrariërs, vereenigt U! Sluit de geledere»* Anders gaat ons platteland verloren, ma»*1 dan ook zeker mede ons heele volk. Waar de toestand zoo erg gespannen is. & een noodkraantje of overloop er onontbeerlijk* ’t Is daarom, dat een boer is aangezocht, o»* eenige beschouwingen te geven over bovengenoemd onderwerp, gedachtig, dat iedef mensch door z’n eigen bril kijkt. Luister naar een ambtenaar, die met v»- cantie is geweest. Hij zal U vertellen ho® mooi en gezellig het aan zee was, of inde» Achterhoek, of ook hoe goedkoop het w»* in België. Moet een boer voor een of and6® van huis, hij beoordeelt ’t eerst den grond» maar dan ook de menschen, en gaat het on* vestiging, dan zijn godsdienst en karakter1 eigenschappen van het grootste belang voor een rustig bestaan ook de politieke toestand. Dan eerst komen de materieel® kanseüi | want nog altijd blijft het woord van kracht' Wat baat het den mensch of hij de heele wereld gewint en schade lijdt aan zijn ziel? niet minder als we dit laatste eens heel nu®* opvatten. I SEMMELINK. I (Nieuwlande bij Hoogeveenr I Tijdelijk: Klerksdorp (Transvaal). Postbus 82. Noot voor correspondenties. ’t Is niet te verwachten, dat dit aller belangstelling zal wegdragen. Dat hoef ook niet. Ik lees steeds maar ’n klein ge‘ deelte van mijn krant, Tc heb ballast genoeg te verwerken. Van belangstellenden zal ik zeer gaar»0 brieven ontvangen; dat geeft moed. Maar oi®' mand verwachte een persoonlijk schrijven rug. Op een en ander hoop ik, bij wijze noot, te reageeren. Niemand zal zich kun®»® voorstellen wat ik heb te worstelen met “r taal, om de juiste uitdrukking van wat , zag en hoorde, weer te geven, ’k Weet, d ik ook bitter kan zijn, al zit dat niet im maar er door achterdocht en een (willen of niet goed kunnen?) begrijpen ingébracht. j, a|| van Wolthuis. De voorzitter van kringbestuur van kring 4 vergeleek de opkomst naar de vergadering voor 2 jaar en deze. Toen hadden menschen aan den oproep gehoor % geven, terwijl er nu niet minder dan aanwezigen waren, waaronder veel mes. j DWiINGELOO. 25 Febr. Hedenavo* hield onze afd. haar eersten propag3ll avond. Pl.m. 300 personen waren °P*je komen. Onder ademlooze stilte men de vurige rede van den heer Ev£ Een donderend applaus steeg uit de j op, toen spr. zijn rede had beëio®|. Vervolgens werden op zeer verdien® ke wijze de stukjes: „Eendracht macht” en „In dagen van strijd 1

teerders in ons orgaan. Verleden week las ik met veel genoegen ■het stukje van mijn onbekende agrarische vriendin J. Diekhuis—Cleveringa. Wat het gebruik van melkbrood en roomboter betreft, vindt ook ik, dat wij als boerinhuisvrouw er voor moeten zorgen, dat een en ander all ij' d door ons wordt gebruikt. In onze omgeving zijn gr nog heel veel huisvrouwen. .die nimmer mel*kbrood gebruiken, en het is ook niet denkbeeldig, dat er nog boeren zijn, die margarine gebruiken. Laten wij er als boerinnen toch voor zorgen, dat dit uit buitenlandse!!© grondstoffen bereide product bij ons voor altijd van de tafel komt. Dan zijn wede beste propagandisten van L. en M. Ik denk in dit verband meteen aan ons propagandastukje „In dagen van strijd”, en wel aan de woorden, die Jan daar spreekt: We moeten zelf toon en hoe het moet en kan. Met agr. gr. Een lid va ie Jeugdclub, afd. Odoorn. INGEZONDEN MEDEDEELING. 'AMSTERDAM SPUI.STR.ZI9/21 Nieuws uit de Af deelingen. ROSWINKEL. De afdeeling Roswinkel en omstreken hield in café W. Wilken een propagandavergadering. Ongeveer 90 personen waren aanwezig. De heer A. Evers hield een keurige rede, waarin op duidelijk wijze de grootsche taak van L. en M. werd belicht. De vootz., de beer J. Zwiers, riep hem een „tot weerziens” toe. Het tooneelstukje „De Les’” werd opgevoerd, dat goed inden smaak viel. Tenslotte gaven eenige hoeren nog eéh aardige voordracht, welke met luid applaus werd beloond. Het was ruim middernacht, toen de voorzitter roet een woord van dank de vergadering sloot. SCHOUWEN-DUIVELAND. Op 18 Februari hield de heer De Lange eem rede te Haamstede, daartoe uilgenoodigd door de afd. Burgh der Z.L.M. Tegenwoordig ongeveer 80 personen, w.o. meerdere besturen van Z.L.M.-afdeelingen op dit eiland en middenstanders. De voorzitter der afd. Burgh, de heer Wi. G. Boot Jz., leidde spreker in, wees op het groote succes van L. en M. Hij herinnerde aan de rede, ongeveer 7 jaar geleden door den heer Smid te Zierikzee gehouden, die toen reeds gewezen heeft op de verkeerde hou ding der vrij handelaars, die vergaten deze toe te passen bij loonen en salarissen. Hij wees toen ook reeds wat de beschutte bedrijven inde toekomst zouden beteekenen voor het platteland. Alles is precies uitgekomen, zooals de heer Smid het toen zag, wel een bewijs voor zijn juist inzicht inde economie. De heer De Lange hield een keurige rede, die op vlotte en bevattelijke wijze werd uitgesproken en' waarmee hij zijn gehoor aanhoudend wist te boeien. Wat een hoeveelheid stof heeft hij tot zijn beschikking. Te veel voor één avond. Hij is lang niet zuinig met zijn woorden, die goed gekozen zijn en tot goede zinnen worden verwerkt. Dit alles plus zijn beelden uit de praktijk deed nuttig werk: niet minder dan 22 nieuwe leden werden geboekt (nu reeds 27), wat voor den heer De Lange wel de mooiste voldoening zal zijn. We hopen, dat weden heer De Lange nog meermalen hier zullen zien, hetgeen zeker een stijgend aantal nieuwe leden als gevolg zai hebben. HUMMELO. Woensdag 19 Febr. vergaderden de ledm van onze afdeeling voor de eerste maal. Na opening hield de voorz. een inleiding, waarin hij op duidelijke wijze een uiteenzetting gaf van het doel en streven van L. en M. Na afloop hiervan konden verscheidene nieuwe leden worden’ geboekt. Vervolgens werd een bestuur verkozen, dat als volgt : werd samengesteld: B. H. v. Til, voorz., A. Nakken, secr., H. Assink, T. H. Evers en E. J. Schreurs. Na voorlezing van het huishoudelijk reglement en de statuten volgde een aangename bespreking. In zijn slotwoord spoorde de voorz. de leden aan niet alleen trouw te blijven, maar ook te trachten zooveel mogelijk' nieuwe abonné’s er bij te krijgen. MIDWOLDA. Vrijdag 21 Febr. hield onze afdeeling een goed bezochte propaganda-vergadering. Opgevoerd werden: „In dagen van strijd” en „De les”, welke stukken met alle aandacht werden gevolgd. Vervolgens hield de heer Evers een gloedvolle rede. Een daverend applaus vormde zijn belooning. Hierna ; volgde nog ©en tableau, onder leiding i