Boskoop, die daadwerkelijk veel tot de totstandkoming der school heeft bijgedragen.

Wij geven den lezers gelegenheid kennis te maken met de portretten dezer voormannen.

Bij Koninklijk Besluit van 18 Nov. 1898, No. 20, werd bepaald, dat een tweede binnen de provincie Zuid-Holland op te richten Rijkstuinbouwwinterschool zal worden gevestigd binnen de gemeente Boskoop, en dat het directoraat over deze inrichting wordt opgedragen aan den Rijkstuinbouwleeraar voor Zuid-Holland.

Enkele dagen daarna begon de school. De Directeur werd bijgestaan door de leeraren de Heeren Dr. L. Vuyck, J. W. E. Ebbinge en J. Vellinga. Als leden van de Commissie van ' “1 >

Toezicht traden op de Heeren E. G. C. de Groot van Embden, Prof. Dr. J. Ritzema Bos, A. Koster Mz., J. Maarschalk, C. B, Lünnemann en J. Walraad,

Aanvankelijk werden, omdat het schoolgebouw nog moest worden gesticht, de lessen in de raadszaal der gemeente Boskoop gegeven. De school begon met 16 leerlingen.

Bij de samenstelling van het onderwijs-programma werd dadelijk tot eisch gesteld, dat de leerlingen èn in de praktijk van den tuinbouw eenigermate ontwikkeld zouden zijn èn zich voldoende kennis van de Engelsche en Duitsche talen moeten hebben eigen gemaakt, om het onderwijs in de handelscorrespondentie te kunnen volgen. Door deze eischen aan de leerlingen te stellen, kon het onderwijs dadelijk op heel wat hooger peil worden opgevoerd, dan aan de andere winterscholen gegeven werd, omdat tot dien tijd nog niet zoo streng de hand kon worden gehouden aan de praktische opleiding en de kennis der vreemde talen.

In het jaar 1899 kwam de Vereeniging „de Proeftuin” tot

stand, wier doel het was om tot een school- en experimententuin te komen. Deze Vereeniging, wier leden bestaan uit de leden der Commissie van Toezicht op de school, benoemde tot Directeur dier inrichting, den Directeur der school.

Foto Zahnen Gouda.

Speciaal opname voor „De Tuinbouw'

Rijkstuinbouwwinterschool mot Toortuintje.

De vakken, waarin tegenwoordig onderwijs wordt gegeven, zijn; Scheikunde, Natuurkunde, Plantkunde, Leer der plantennamen, Beschadiging van tuinbouwgewassen, Vruchtboomkweekerlj. Tuinbouwkundig teekenen. Al gemeene Bloemisterij, Algemeene Boomkweekerij, Algemeene Zaken voor den tuinbouwer van belang. Techniek van den tuinaanleg. Boomteelt, Bodem en Bemesting, Bloemisterij, l'rekkerij en Binderij, Engelsche en Duitsche handelscorrespondentie, Boekhouden, Handelsrekenen en Handelsaardrijkskunde.

Het onderwijs aan de school is zóó ingericht, dat elke leerling BV3 uur per dag theoretisch onderwijs ontvangt en de rest van den tijd in de praktijk van den tuinbouw, maar onder leiding van boomkweekers, moet werken.

Tegenwoordig bestaat het personeel van de school uit de Heeren C. H. Claassen, Directeur, M. v. d. Broek, waarn. Directeur, J. G. Ballego, L. J. Schaum, Chr. Kok, W. L. Th,ieme en J. C. de Bruin. De Commissie van Toezicht bestaat uit de Heeren D. A. Koster, E. G. C. de Groot van Embden, J. W. E. Ebbinge, C. B. Lünnemann, Prof. Dr. J. Ritzema Bos, B. B. C. Pelix, J. H. Otto en Adr. van Nes.

Tot heden begeven zich nogal wat jongelieden in het tuinbouwvak, om, zonder theoretische opleiding, langs den niet zeer korten weg der ervaring, de noodige kennis op te doen, omdat noch zij, noch hun ouders of verzorgers het nut eener opleiding aan de een of andere onderwijs-inrichting inzien, of, omdat zij door personen, die zonder theoretische vakkennis het toch tot zekere hoogte in den tuinbouw ge-