De cautie blijft ter beschikking van den secretaris van den Nederlandschen Tuinbouwraad tot dat de exporteur zijn aandeel, dat hij beschikbaar heeft moeten houden, ten genoege van dien secretaris geheel naar behooren heeft afgeleverd. Hij zal de geheele cautie verbeuren, indien het door hem afgeleverde product in hoeveelheid of qualiteit niet voldoet aan de te dien aanzien gestelde eischen.

Artikel 8.

De exporteurs van uien ontvangen alleen consenten voor uit voer van dat product, indien zij van elke honderd kilogram, waarvoor zij consent aanvragen, tien kilogram voor binnenlandsch verbruik afleveren aan de door den secretaris van den Nederlandschen Tuinbouwraad aan te wijzen opslagplaats, tegen den prijs van SVg cent per kilogram.

Het beschikbaar gestelde deel moet zijn van prima bewaarbare qualiteit en worden afgeleverd op door meergenoemden secretaris aan te geven wijze.

Artikel 9.

De exporteurs van grove peen zijn verplicht van elke honderd kilogram, waarvoor zij consent aanvragen, tien kilogram beschikbaar te houden voor binnenlandsch verbruik tegen den prijs van U/a cent per kilogram.

De exporteurs van fijnere peen zijn verplicht van elke honderd kilogram, waarvoor zij consent aanvragen, tien kilogram beschikbaar te houden voor binnenlandsch verbruik tegen den prijs van 2V2 cent per kilogram.

Artikel 10.

De exporteurs van knolrapen zijn verplicht van elke honderd kilogram, waarvoor zij consent aanvragen, twintig kilogram beschikbaar te houden voor binnenlandsch verbruik tegen den prijs van IV2 cent per kilogram.

De exporteurs van Geldersche knolrapen zijn verplicht van elke honderd kilogram, waarvoor zij consent aanvragen, twintig kilogram beschikbaar te houden voor binnenlandsch verbruik tegen den prijs van 2 cent per kilogram.

Artikel 11.

De exporteurs van kroten van één pond en zwaarder zijn verplicht van elke honderd kilogram, waarvoor zij consent aanvragen, vijftig kilogram beschikbaar te houden voor binnenlandsch verbruik tegen den prijs van cent per kilogram.

De exporteurs van fijnere kroten zijn verplicht van elke honderd kilogram, waarvoor zij consent aanvragen, vijftig kilogram beschikbaar te houden voor binnenlandsch verbruik tegen den prijs van cent per kilogram.

Artikel 12.

De cautie, bedoeld in artikel 7 dezer beschikking, wordt bepaald:

voor de exporteurs van grove en fijnere peen op f 25 per wagon ;

voor de exporteurs van knolrapen en Geldersche knolrapen op f 50 per wagon, en

voor de exporteurs van kroten van één pond en zwaarder en van fijnere kroten op f 100 per wagon.

Deze beschikking zal worden geplaatst in de Nederlandsche Staatscourant en in afschrift worden gezonden aan:

1. de Ministers van Oorlog, Financiën en Buitenlandsche Zaken;

2. den secretaris van den Nedeiiandschen Tuinbouwraad;

3. de Commissie voor het handelsverkeer met het buitenland.

’s-Gravenhage, 8 October 1915.

De Minister voornoemd,

POSTHUMA.

Mededeelingen van de aangesloten vereenigingen.

Friesche Tuinbouw-Vereeniging.

Gewone Vergadering op Woensdag 20 October 1915, ’s avonds 7 uur, in het Friesch Koffiehuis te Leeuwarden.

Agenda :

1. Notulen.

2. Rede van den Heer H. de Greef. Tuinbouw-leeraar te Frederiksoord. Onderwerp: Verzorging van de fruitboomen in verband met ziekten, ongedierte en bemesting.

8. Jaarverslag over het boekjaar 1914/15, van de V eilings-V ereeniging.

4. Verslag van de Alg. Verg. van den N. T. R. uit te brengen door de Heeren afgevaardigden S. Gerlops en G. Jongstra.

5. Mededeelingen.

Inzendingen van Bloemen, Fruit en Groenten ter opluistering, zullen zeer op prijs worden gesteld.

Namens het Bestuur van de Fr. T.-Ver. H. Wuite, Secretaris.

Niet-Officiee! Gedeelte.

Groenteteelt.

Proefnemingen bij tomaten in kassen.

Om de economische waarde van variëteiten te bepalen geschikt voor de teelt in kassen en om den invloed van een kunstmatige bestuiving der bloemen na te gaan, werden in 1912 proeven begonnen, waaiwan het eerste verslag werd gepubliceerd in het Oregon Proefstation Biennial Crop Pest en in het „Horticultural Report” van Januari 1918.

Sedert dien tijd zijn nog tweemaal tomaten gekweekt, n.l. in 1918 en 1914. De proefnemingen hadden ten doel:

1. De waarde der variëteiten na te gaan ten opzichte harer marktwaarde, vroegrijpheid, eenvormigheid in grootte, vorm, kleur, voortbrengingsvermogen, enz.

2. Studie te maken van de trossen en bloemen der variëteiten, ten einde het verband na te gaan tusschen het karakter der vruchten en haar verkoopswaarde.

8. Verschillende methoden van bestuiving na te gaan, voor den kweeker financieel van belang.