van dit hinderlijke op te klimmen. Zij schenen aan het opklimmend deel der wijsbegeerte nog niet veel gedaan te hebben. Nu was het maar gelukkig ook dat manlief het niet scheen te bemerken, aangezien hij het met geen aardigheid had kunnen gedaan krijgen dat mevrouw het liet, aangezien mevrouw alle raogelijke vatbaarheid voor aardigheden miste en het vermogen had om nooit een ui te begrijpen, en een serieuse aanmerking kon mijnheer niet maken, daar was het comité te klein voor; als er veel menschen waren had mijnheer wel de gewoonte, bij die gelegenheid, aan de kleine verwijten lucht te geven, die hij tegen mevrouw op zijn minnend hart had; het was als of de man door het gezicht van zoo veel menschen zijn stoute schoenen aantrok, welke stoute schoenen op de slaapkamer (gelijk mevrouw zeer goed wist) wel weêr uitgetrokken werden. Niettegenstaande het hinderlijke van dit linnenscheuren, (ik wil er echter niet op zwoeren of het Haarlemmer, Diemet of Engelsch linnen was, neem s. v. p. wat den akeligsten indruk maakt; zoo’n dito indruk als men ondervindt bij het snijden van een kurk, een indruk waarvan altijd gewag wordt gemaakt wanneer men van zenuwachtige rillingen spreekt) niettegenstaande het hinderlijke van dit scheuren, ging het gesprek rustig voort en verhaalde onze geleerde verder :) «en van die topische onderzoekingen van mijn geleerden vriend was het resultaat, dat hij