moet op memorie drinken met twee rouge-bords; die dan een halve minuut later nog niet bedankt wordt, moet met een bocaal op beterschap drinken. Zoo de gesalueerde 20 teilen later dan nog niet bedankt, Amoveatur —”

«Ach, scheid er maar uit; ’k weet al genoeg.”

«Anders er volgen er nog tien over opstaan, stelen, gooijen enz.”

«Ja wel, ja wel, maar hoe ging het toen verder?”

«Wel, midden onder de afkondiging van die wetten werd de praeses plotseling gestoord door een luid geroep op straat. ««Ah!” ” zei de praeses, ««’k hoor al wie het is, t is de stem van Tob”” en dadelijk schoof hij het raam open. Nu kon ik heter onderscheiden wat dat geroep beteekende. ’k Hoorde met een vervaarlijke stem roepen : ««Hei, Sober, ben je weêr aan de sjouw; ik kom je een serenade brengen”” en daarop : ««Unser bruder Sober, der soll leben”” enz. Van boven klonk het ; ««Kom Tob, kom boven, we missen net een poculator. Maar Tob kon niet, hij was te katterig, zei hij; toen hij wegging zongen ze zaraen nog eens een bulderend lö vivat.

Toen ze weór waren gaan zitten duurde ’t niet lang of de een voor, de ander na, staken ze den voorsten vinger van de regterhand op, vroegen het woord en begonnen heele lange toasten uit te slaan; een paar kregen