n Wie terugblikt is verloren!"

Is ten tooverspreuk gegeven,

Zonder links of regts te staren,

pMoet gij moedig voorwaarts streven.ā€

B Wie dat doen kan heeft de schatten,

B Wie het niet doet moet er sterven ,

B Als een nieuwe sphinx van Thebe,

B Zal de Kobolt hem verderven Iā€™*

Vele trachten naar de schatten.

Niemand kan ten einde streven

Van deze onderaardsche werkplaats.

Alle laten er het leven.

Ook ons hart is zulk een groeve,

Waar wij ligtlijk in verdwalen,

ā€™t Is de zetel van een Kobolt,

Bij wien schatten zijn te halen.

Laat de wereld bijval juichen.

Laat ze u op gefluit trakteeren,

Kies uw doel, ga regt er henen,

Zonder regts of links te keeren.

En zie nooit met smachtende oogen,

Naar den weg voorheen betreden.

Hoop het beste van de toekomst!

Bidden, werken, doe dat heden!