deel van de lessen , door dezen vroeger gegeven, op zich namen. Welverdiende dank worde hun voor hun ijver gebragt. Laatstgenoemde Hoogleeraar opende bovendien nog een collegie over de betrekking van Nederland tot vreemde Staten sedert 1815.

We nemen de vrijheid voor we tot eene andere faculteit overgaan , eene vraag in dit verslag publiek te maken, die alle juristen alhier bezig houdt: waarom de emer. prof. Homus nog langer aan de juridische examens doel neemt ? De wijze zelve van te ondervragen is natuurlijk in geen enkele wet bepaald , zoodat deze aan aan ieders humaniteit blijft overgelaten.

In de theologische faculteit gaat Prof. B. ter Haar voort met het geven van een oratorie-collegie, waarvan het nut reeds een paar jaren lang gebleken is. Bovendien opende Z.H.GeI. ook weder, evenals verleden jaar , een theologisch dispuut in de nederlandsche taal. Vrij-uit en zonder censuur (we zijn er den Hoogleeraar dankbaar voor) kan ieder daar zijne stellingen opwerpen , en aan Z.H.GeI. en anderer kritiek toetsen. Moge dit dispuut meer en meer dien bijval vinden, dien het inderdaad verdient.

Prof. ViNKE geeft ook dit jaar weder een privatissimum over Scholtens Leer der H. Kerk.

Prof. Doedes geeft private gelegenheid aan de theol. studenten van het eerste jaar, om zich onder zijne leiding te scharen. Strekke het om hen tot goede, kritische godgeleerden te vormen.