het somwijlen zegt te volharden in iets, alleen omdat het goed is. Een man van zoodanig karakter lijdt oneindig meer dan men oppervlakkig meent. Bezorgen en moeiten worden meestal niet gekend, en worden zij al gekend, spoedig zijn zij weder vergeten. Maar ook hij zelf vergat de gedane moeiten en was tevreden wanneer zijn werken met goed gevolg bekroond werd en anderen er de vruchten van genoten.

Ten gevolge van het emeritaat van den Hoogleeraar J. Kops werd Beegsma den 4. Oct. 1835 tot gewoon Hoogleeraar benoemd en hem het onderwijs in de Botanie en Landhuishoudkunde opgedragen. Het laatste vak onderwees hij ook voor anderen als studenten, op gelijke wijs als dit sedert 1840 ook aan de Hoogescholen te Leiden en Groningen plaats vindt. Van nu af waren zijne werkzaamheden aan de Hoogeschool bepaald, en was aan zijne studiƫn eene eenigzins andere rigting gegeven , daar hij zich geheel aan de beoefening der kruidkunde en landhuishoudkunde wijdde. Het voegt mij, die zijne lessen niet gehoord heb, geenszins om eenig oordeel over zijne wijze van doceeren te geven, maar dit weet ik, dat hij, getrouw in de vervulling van zijn pligt, zijne lessen steeds met ijver gaf tot korten tijd voor zijn overlijden , ook gedurende de laatste jaren , toen de ongelukkige kwaal, die een einde aan zijn leven maakte , zijn ligchaam ondermijnde en hem meermalen het werk moeijelijk deed vallen.

In 1888 deed hij met den Heer Dr. A. van Beek