het waren over hem. De heer Ed. de Vries gaf eene feestelijke voorstelling in den Schouwburg tot aller genoegen.

Maar Tivoli heeft ons nog eenmaal vereenigd gezien op een feest, ter eere van de „ verzoende muzenzonen " aangericht. Op den 19en Juni immers werden wij uitgenoodigd , om » het voorgenomen feest met onze tegenwoordigheid te vereeren, '< dat door de burgers (beter laat dan nooit) ons zoo worden aangeboden. Het was een schitterend feest. Stel u Tivoli nogmaals voor, zooals het dien avond zich voordeed. Denk u nogmaals ’t geheele opene terrein en al de zalen bezet, dicht bezet door tal van families; overzien we nog eens die reien van schoon en ter onze eere bijeengekomenen, dwaal nogmaals rond in het vrolijk licht, dat guirlandes van honderde lampions wierpen over dat schilderachtig tooneel; hoor het nog eens, hoe van uit de verte de muziek der schutterij, van nabij Dcnklee u weet te boeien; vermaak u nogmaals met de drukte en opschudding, nu en dan door een vluchtig regenvlaagje te weeg gebracht; juich nog eenmaal de woorden toe, ons door den heer Vernède toegesproken, die beantwoord werden door den heer E. A. van Hall; staar nogmaals opgetogen naar het prachtig vuurwerk , herinner u nogmaals (en gij allen kunt dit immers ?) de gulheid van ’t onthaal, tot het einde van het feest, en gij zult met onzen dank instemmen aan de burgerij, die zulk een feest wilde geven, aan de commissarissen, die ’t zoo wisten te regelen.