Treinen kwamen, heeren wilden

Uit den trein zien naar het feest.

En toen men vreugd genoten had

En daarna ’t feest gesloten had

Toog ieder weer naar Utrecht’s veste ,

Om daar te vieren, wat er restte.

Junij bragt eerst regen

Dat viel bitter tegen ,

Maar zoo als het meer wil zijn

Na den regen zonneschijn.

Op de hoeken der straten

Hingen groote plakkaten ,

En in alle couranten

Ging men de oude klanten

Dringend inviteren

Om bij ’t feest te assisteren

En dies

Kwamen ze op 17 Junij precies.

Niet bezwaard met koffer of valies

Met den trein

Groot en klein

Ruim 1100 in getal:

Een paar minder of meer doet hier niemendal

Vrouwen en dochters kwamen ook in de stad

Waar ieder wel een neefje of nichtje had.

Met wie zij zich konden amuseren ,

Toen de oude heeren