waarvan hij 5 flesschen betaalt bij dit allea loopt MOP een royale klap. ') Hij eet bedroefd weinig; hij leeft van de lucht, zou men van hem kunnen zeggen, even als plinius van den kameleon intusschen drinken gaat beter; dat doet hij voor zes, die MOP met zijn razende dorst; en menschen, die met deze qualiteit niet bekend zijn, haast hij zich liiervan op de hoogte te brengen dat hij veel dorst heeft, kon hem niemand kwalijk nemen, en dat zijn beurs steeds taptoe! roept, immers evenmin ! ’t Is u dan ook aan te raden, broeder collega! om dadelijk gehoor te geven aan mops veelbeteekenend gesmak, anders zoudt ge u zelven van een aaugenamen, vrolijken bezoeker berooven, ’t wandelende bewijs dat luchthartigheid en gebrek zeer compatibel zijn, en dat men in de studentenwereld moet zijn om in dit geval eene dorstige natuur met welwillendheid behandeld te zien: een schitterende lichtkant tegenover zooveel schaduw!

Mop is een regtschapen kerel, zei ik , kloek. Hij verklaart ronduit dat ’t hem spijt nooit tot dignitaris te zijn benoemd, ’t Is altijd een blijk van vertrouwen , weet je, dat ik graag zou gehad hebben van menschen waar ik meê omga zegt mop hoewel ik geene- benoeming hoegenaamd ooit zou aan-

') Over irroyale klaplooping zwijgen wij ditmaal liever stil.