menigeen onder ons smartelijk aangedaan. Jong gestorven vrienden, nog dikwijls zullen wij met weemoed aan u denken.

En hier zouden wij de pen kunnen nederleggen, maar wij willen de redactie der Nieuwe Utreehtsche Courant niet zonder oorzaak de gelegenheid geven tot nieuwe hatelijkheden door met geen enkel woord het Congres te Luik te herdenken. Dat eene dergelijke bijeenkomst als demonstratie tegen de Belgische cleriealen welligt eenige vruchten zal dragen, willen wij niet tegenspreken, of er echter de wetenschap voel door gebaat zal worden, meenen wij met grond te moeten betwijfelen. Wij gelooven, dat dit dan ook vrij algemeen de meening der Utreehtsche Studenten was en vinden het daarom volstrekt niet bevreemdend, dat niemand onzer de reis naar Luik ondernomen heeft. Wij laten het aan den lezer over te bepalen hoeverre de uitslag van het Congres onze meening heeft geregtvaardigd.

Ons blijft nog over om met een enkel woord van de in ons Corps bestaande inrigtingeu te gewagen. Placet Hic heeft binnen zijne muren eenige veranderingen zien plaats grijpen, die de Commissie eere aandoen. De zoogenoemde „Gezellige Zaal” is billardzaal geworden en de ruimte hierdoor in de groote zaal gewonnen, is aangevuld door eene leestatel, die veel tot de algemeene gezelligheid bijdraagt.

5#