vrij gevoelen ? Wel zeker en bovendien »het staat gekleed”. ledereen, die voorbij gaat beeft zijne opinie over haar en haren begeleider, die altijd vier stappen achter blijft; dit zegt hem zijn hoogst fatsoenlijk, instiuktmatig overgewaaid eergevoel, zoo niet iemand het hem bijzonder gezegd heeft, lilaar zij neemt met hare vlugge oogjes alles op wat voorbij gaat, en denkt welk oordeel de voorbijgangers en grachtenbewoonsters en bewoners wel over haar vormen. »Wat kan ik er aan doen dat ik een knecht achter mij heb ? Papa en Mama willen het eenmaal zoo en dus ” Maar zeg eens oude Heer! hebt gij altijd in uwe jeugd een oppasser achter u gehad, dat gij nu zulk een goede voorstelling hebt van den smaak uwer dochter? O, neen! Of gij Mevromv?

»Wel neen, dat zal ikje eens vertellen, hoe dat vroeger ging ; daar heb jelui geen idee meer van. Toen o, ik weet het nog zoo! wat een aardige tg d! toen gingen we allen bij meester Sas, zoo noemden wij hem, hij heette eigenlijk Salopes; maar de jongens hadden hem zoo gedoopt.

sWat! jongens? Mama! bad u dan bij dien meester met jongens les? Zeg eens Mama! toe vertel u eens, gingen er ook jongens op school, waai u school (vincT? en wat zeiden de menschen daarvan?” O O *

»üch, kindlief! die goede oude tijd ! men zag er toen natuurlijk niets in. Wij zaten bank aan bank: eerst een rij jongens, en dan weer een rij meisjes, en dan w’eer een rij jongens, en zoo van boven naai' beneden