dientengevolge geven »hiinc ainldtiae testimonium waarbij zij beloven, hem gedurende zijn academieleven te helpen en verdedigen, als het trouwe vrienden betaamt, en ook hij hen wederkeerig beloofd had *). Zoo als men ziet heeft dit alles weinig van eene eigenlijke ontgroening. Hoe echter deze jonge student er toe is kunnen komen om niettegenstaande hij hoegenaamd niet mishandeld was een aanklacht in te dienen, is my geheel onverklaarbaar, tenzij men moet aannemen dat de algemeene opinie, ook onder de studenten, op zijne hand was, m. a. w. dat men algemeen begon af te keuren, wanneer studenten zich op eene dergelijke wijze als gast bij een groen opdrongen.

Als iets merkwaardigs moet hier nog vermeld worden dat men in de vorige eeuw de groenen nog niet ten spot van het publiek over .straat liet loopen, zooals in onze eeuw, eenige weinige jaren geleden, algemeen in zwang was. Uit meergemelde artikelen blijkt zelfs dat het hun vergund was eene degen te dragon, wanneer zij maar de kunst verstonden, »denzelve op eene behoorlijke manier op de zijde te steken.”

Hij eene schildering van het studentenleven vat\ vroegeren tijd mag het niet overbodig genoemd worden het een en ander over de Weeding mode te deelen;

*) Uf. w. j. A. jONCKBLOET, Gedenkboek der lluo<jescliool te-, 1864» p. 331 noot 3.