maliën vervangen had; ook hot billart was in liet mid den der vorige eeuw reeds in zwang; des zomers reed men veel te paard of met »chaizen”, die men ook bij de maand kon huren.

Voor de 18. eeuw kende men alleen herbergen, waar wijn en bier gedronken werd: het gebruik van gedistilleerde vochten, vooral van de genover, kwam eerst in de vorige eeuw in zwang. Te Utrecht werd het eerste koffiehuis door lucius roselli opgericht. Deze Italiaan, zoowel om zijne geleerdheid als om zijne avontuurlijke lotgevallen bekend, kwam in 1698 te Utrecht, waar hij de vroedschap een in het Latijn geschreven verzoekschrift aanbood om hem óf als hoogleeraar in de Godgeleerdheid, de geschiedenis of de letteren aan te stellen, of hem de vergunning te verleenen een koffiehuis op te richten. De vroedschap stond hem het laatste toe. Dit tweeledige verzoek was niet zoo belachelijk als het nu schijnt; de eerste koffiehuizen waren toch litterarische kringen, waar allerlei wetenschappelijke zaken behandeld werden, en zijn iicaffé Italien” op de hoek van de Keistraat werd dan ook zeer druk door de wetenschappelijke lieden dezer stad bezocht.

Tijdens de vredes-onderhandelingen in 1712 en 1713, brak er voor de Utrechtsche koffiehuizen een tijdperk van bloei aan: vreemde diplomaten, pages, officieren, burgers der stad en studenten vond men er in bonte mengeling bijeen.

In deze koffiehuizen werd zeer grof ge.speeld, zoodat