vergissing te hekelen en te beschimpen? i) Gelukkig, hetgeen die schrijver onzen Frederik ontrooven wilde, versiert hem nog met heerlijkheid en luister; de aureool der heiligheid straalt tot heden toe om dat eerbiedwaardig hoofd, terwijl Buchelius door zijn lastertaal zich zelf onteerd en geschonden heeft. Wanneer wij niet de geschiedenis eens Heiligen schreven, zou hier de vergelijking van een bekend Nederlandsch schrijver onzer dagen van toepassing wezen; want, waarlijk, de H. Frederik staat te hoog, om door Buchelius bezwalkt te worden.

HOOFDSTUK XI.

De voorspelling des Heiligen vervuld.

Gelijk wij boven zagen, voorzeide de H. Frederik met stervende lippen aan zijne vergaderde geloovigen de invallen der Noormannen en de verwoesting van Utrecht. Deze voorspelling werd op een verschrikkelijke wijze bewaarheid

1) Vergt: Holt. Batavia Sacr. I bl. 530 , 531, aanteekeningen Beka 1. c. van V. Rijn.

O Vgl. hoofdst. IX, volgens de Biographie t. a. p. Gap. VI. p. 24. Batav. Sacr. p. 100.

)De Biographie zegt, dat dit geschiedde in het sterfjaar des Heiligen. Wij vinden nergens vermeld, dat Wijk bij Duurstede in het jaar 838 verwoest is. De Annales Fuld. noemen het jaar 835, de Annales Bert. 836; Sigebertus geeft het jaar 837 voor deze verwoesting op. Wagenaar (deel II bl. 54), van Loon (t. a. p. II bl. 66, 67) en de daar aangehaalde schrijvers, van Bolhuis (de Noormannnen in Nederland bl. 79), W. Moll (t. a. p. bl. 244) plaatsen deze verwoesting in 837. Wij nemen het volstrekt niet op ons, om de tijdrekening der biographie te verdedigen en houden