naderhandt getraut hebbende Jan Wouterssen mede Henrick Janssen die fond van Jan Wouterssen voyrnt. die hoffstadt ist gelegben in die middelstraet, boven de erfigen. van Gysbert Pieck Henricks beneden derffgen. van niet bonten.

12. Item heft den H. geesthuys tot Beesdt naer bevyndinghe van affrekeninghe tyen st. jaerlix erfftyns uyt een hoffstadt geleghen in die afterstraet eertyts toebehorende Gysberst Orynssen nae Jan Gysbert Oester Cornelis de Groot mede nae Cornelis Eoeloffs.

Hiermede eindigt de opgave der thynsen, ten voordeele van het H. Geesthuis, doch even als bij het begin blijkt ook hier naar mijn oordeel, dat wederom wat ontbreekt; maar ik heb tot dusverre vruchteloos naar eene volledige opgave gezocht, en bied daarom dit weinige en onvolledige zoo als ik het gevonden heb den lezers aan.

Rhenoy op St. Bernulphus dag. 1892.

C. VAN DE Leemkolk.