O o P I A.

Extract.

Veneris, VI» Nouembris, 1601. Opde requeste van Mariehgen Zoest als last hebbende van mater en gemeen Conuentualen van 8t Agatha conuent binnen Amersfoert en de Regierders ofte Magistraet aldaer es geappolncteert.

Die Gedeputeerden van Staten ’slandts van Utrecht Gesien deese requeste ende daerop gehoert die Regierders der Stede van Amersfoert en uyt haerluyder verclaringe verstaen hebbende dat desupplianten worden gemaent ende gesommeert werden twee hondert gulden die syluyden jaerlicx tot onderhout van praedicant contribueren, Item voir acht gulden ter maent daerop syluyden gestelt syn onder die generale quotisatie van geheele burgerye en noch voer drie gulden ter maent ter versoecke vant waeckgelt, en voor geen andere penningen, verstaen dat desupplianten gehouden syn de voorseide penningen te betalen en den voorseide Regierders daer van te contenteren Noch wat leger stont Geextraheert uyten prothocolle van dagelicxe resolutien en accordeert bij kennisse van mij, en was onderteeckent G. de Ledenberch.

Gecollationeert jegens die principaele gedateert en geteeckent als bonen en accordeert by mij,

Liüinos Botter.

Policie, den 23 Nouembris, 1601, stylo veteri. Die Regierders resolueren dat zyluyden tachterwesen van die van conuente van Synt tagatha sullen datelicken mit reale executie verhalen aende beesten en gereetste goedere vande conuente en vande