bunt. Poterit etiam quilibet dictorum provisorum seu administratorum, si voluerit, tollere de lisdem redditibus unam quartam vini singulis annis in caritate Christi. Unde nos prepositus et conventus suprascripti eisdem pauperibus seu eorum provisoribus.... ex persona dicti fratris Johannis de Belbrugge promisimus... de iisdem redditibus facere warandiam debitam et consuetam .... In quoram omnium testimonium sigillum nostri conventus hys litteris duximus appendendum. Datum anno D“* millesimo quadringentesimo quartodecimo, mensis Januarii die vicesima septima.

Naar ’t oorspr. perkement, nog bevestigd met het uithangend groene zegel des convents in amandelvorm, voorstellende O. L. Vrouw, met het Goddel. Kindje op den linkerarm en een lelietak in de rechterhand, geplaatst in een fijn bewerkt gothisch kapelletje. Het randschrift luidt; (Sigil. mo)naste(rii B)ethlehemen(s)is.

20.

Heer Werner Durcopp verkoopt aan de Zusters van ’t «Nye Beghynen-hues» een stuk land op ’t Hooge Hartebroek. 16 April 1442.

lek Wernerus Durcopp prester.... tugbe..., dat ick myd.... vrien willen hebbe vercofft overmits dessen.... den gbemeynen Zuesteren van den Nyen Beghynenhues, daer in vortijden ynne tbo wonnenne placb Hinrick van Bele, eyn stucke landes gbelegben upp den nogben Hertebroke, daer eyn sijt aff rorende is an des kercberen lande unde an die ander sijt is

') Hier kan wel niet anders bedoeld zijn dan het klooster Engelhusen; want op 28 Juni 1473 wordt in de charters van het Grolsche gasthuis gewaagd van „den Nyen Convente bynnen Gronllo, geheeten ten Engelhusen” Zie nog hier achter n“. 24.