Joannes van Bijlevelt te Arnhem gevangen.

leder kent dezen achtbaren man, die tien jaren lang met zooveel ijver de Hollandsche Zending namens Z. H. den Paus bestuurde. Wil iemand bet volle licht op den handel en wandel van dezen Apostol. Vicaris zien schijnen, dan sla hij open het Roomsck Catkolijk Jaarboek, 1842, hl. 111. V., de Bijdragen v. d. Geschied. V. H Bisdom Haarlem, 1 hl. 169. vv. en dit Archief, XV hl. 298 vv. Bén punt echter willen we hier nader toelichten. Het betreft de droeve dagen, welke heer V. Bijlevelt, toen kapelaan in Sint Jan te Arnhem, doorleven moest in Maart van het jaar 1699. Haarlems Bijdragen zeggen hierover, dat op zekeren dag, terwijl genoemde heer het H. Offer opdroeg, hij onverhoeds werd overvallen door de mannen der roede, die het nederig kerkje binnendrongen. „Ze grijpen den Priester „aan ... sleuren hem van het altaar af en werpen hem „ter aarde. Daarop gelastten ze hem zich van zijne „miskleederen en toog te ontdoen, ja lieten hem slechts „zijn onderkleed behouden en wierpen hem zóó in de „gevangenis. De arme katholieken die in de kerk „waren, namen bevende van angst en schrik in allerijl „de vlugt; ’t kerkje werd geplunderd en de onverlaten „aarzelden niet hunne heiligschendende handen naar