zond den licentiaat xl. caroli gulden als vergoeding voor de moeite, die hij zich voor de stad getroost had ').

Terwijl men met van Hatthem onderhandelde, bracht, waarschijnlijk op verzoek van Ounretorff, Michael Hetsroey, die later pastoor van Kampen werd, een bezoek aan de stad, en bood aan de pastorie op de oude voorwaarden te aanvaarden. De raad gaf hem ten antwoord, dat men iederen dag antwoord van v. Hatthem verwachtte, doch, zoolang men van deze geen zekerheid had, verdere besprekingen met Hetsroey tot geen resultaat konden leiden. Men bedankte hem dan vriendelijk voor zijn aanbod, betaalde de onkosten die hij terwille van de stad gemaakt had, en gaf hem eene belooning van „vijff ponden groot vleems” Na het afbreken der onderhandelingen met van Hatthem, richte de stad zich weder tot Michael Hetsroey, destijds regent te Leuven in het Standoncksche collegie. Alvorens hem echter eene bepaalde aanbieding te doen, achtte men het wenschelijk eenige inlichtingen omtrent hem in te winnen. Men schreef daarom een vertrouwelijk briefje aan Dr. Elbertus Leoninus, professor aan de universiteit te Leuven, en verzocht dezen „van die conversatie, name ende fame desselvigen heren Michiels soeveel mogelick to onderhoiren ende (den raed) daervan in gueder trouwen ende int geheim schriftlicken by brenger van desen den erentfesten Conraedt van der Vecht toe verstendigen”

De inlichtingen waren van dien aard dat Conraedt van der Vecht het raadzaam oordeelde zich zijn ver-

*) Bijlage 4.

Bijlage 5.

Bijlage 6.