Aprii 1801 te Hilversum en den 4 Maart 1803 te Schalkwijk, alwaar de voorbeeldige priester, diep betreurd door zijne gebeele gemeente, op den 3'*®“ Juni 1831 in den hoogen ouderdom van bijna 83 jaren overleed.

3) Eenricus Waandem. Na te ’s Heerenberg zijne boogere studiën gedaan en den 21 December 1805 de H, Priesterwijding ontvangen te hebben, werd bij kapelaan te Bunnik en ging in 1809 als missionaris naar Batavia. In 1810 richtte bij de statie van Soerabaya op, alwaar bij in 1834 overleed, nadat bij, wgl bij bijna blind was geworden, sinds 1826 zijn emeritaat bad genomen.

4) Gerardus Jonkman, zoon van Pieter Jonkmanen Alida Alenbeek, komt te ’s Heerenberg in ’t Groot Seminarie ter boogere studie op 1 October 1807. Priester gewijd den 11 Juni 1811, werd bij kapelaan te IJsseistein, waar bij nog stond op 12 Juni 1817 bij bet overlijden van pastoor 0. J. Voorn, en waar bij dus allicht is gebleven, totdat bij den 4 Juni 1818 tot pastoor te Naarden bevorderd werd. In Augustus 1822 werd bij als zoodanig verplaatst naar Haastrecht, waar bij den 13 April 1831 overleed.

5) Richardus Jonkman, zoon van Nicolaas Jonkman en Wilbelmina Waanders. Geboren te Ankeveen den 6 April 1809, komt bij in October 1830 te ’s Heerenberg ter boogere studie. Priester gewijd den 24 Augustus 1834, was bij eerst kapelaan te Laren, daarna te Eemnes, dan te Wijk bij Duurstede en vervolgens van 1846 af Pastoor te Gellicum, waar bij den 5 Juni 1870 overleed, en den B®*®" daaraanvolgende op bet R. E. kerkhof begraven werd.

6) Joannes van JJlarcum, zoon van Henricus van Blarcum en Anna vab Laar. Geboren te Ankeveen