dotes cujuscumque prospicientes, securam capiemus resolutionem et coram Deo sententiam juxta obligationem iiostram pronuntiabiinus super üs, qui digni sint tanquam agni iiovelli ad altare offerri.

Opportunum aiitea foret, in decursu anni pietatis et studiorum privata et publica specimina frequenter exigere ad aedificationeni et exeniplum aliorum, conciones et catecbismum ab ipsis frequenter institui et similia. Hoe facillime ab Ampl. Vestrae zelo et plura etiam fiunt; sed etiam de istis studiosis exercitiis cupimus edoceri, ut videamus, quomodo se paraverint sacro ministerio.

Interim peculiari cordis bene velen tia subscribimur:

Amp. Dominationis Vestrae

Officiosus ad oninia:

J. ARCHIEPOS CAESAR, Nunt. Apost.

Bruxellis

8 Maji 1752.

’t Ligt voor de hand, dat aartspriester van Erpen recht blijde was met de gunstige wending der dingen; op 13 Mei schreef hij aan den Aartspriester van het Sticht;

lek kan niet manqueeren van Uw Amplitudo bekent te maecken, dat ick eyndelijck een favorabeler antwoord van ons H. Nuntius weghens de Douayse theologanten heb ontfanghen, hetwelcke luydt als volght:

Duacenses consolabimur, dummodo rigoroso examini satis fecerint et inveniantur ab examinatoribus plane idonei animarum curae.

Ick heb gisteren zulcks oock aan d' H. president Stievenart gcuotificeert. lck hadde al een supplyck aan de Congregatie de Propaganda Fide opgestelt, dewelcke, van Uw Amplitudo en mij onderteeckent, met een diergelijcke van d’ H. Stievenart, daar ick hem over versoght zoude hebben, ick aan een mij bekende agent zoude hebben gezonden, om dezelve niet alleenlijck aan d’ handen van de secretarius de Propaganda fide over te leeveren, maar zelfs onse zaack oock mondelijcks te recommendeeren. Dogh het is nu beeter, zonder dat zulks noodigh zoude zijn Eruditissinius D. Stievevenart multum etiam pro negotio nostro laboraNÜt, ut ex inclusis patet Insuper induxit D. Crivelli, Duaci