voetstuk. De preekstoel, die, net afgezet met groen laken en groene koordfranje, met het klankbord een keurig geheel vormt, verhoogt zeer den aangenamen indruk bij het binnentreden. Het gebouw wordt uitmuntend verlicht door zes groote boogvensters aan weerskanten, benevens twee in het front. In het geheel dus veertien groote ramen. Geheel gelijk zijn de drie groote ramen in den achterwand van het gebouw aangebracht, die uitmuntend licht geven in de groote kerkekamer. Voorts, wat de zitplaatsen betreft, heeft men aan de eene zijde van de paden drie rijen amphiteatersgewijze ingerichte banken, bestemd voor de mannen, en aan de andere zijde is het zoogenaamde schip der kerk, ingericht tot zitplaatsen voor de vrouwen. Boven dit schip verheft zich een boog van 3^ meter hoogte. Beze boog rust op acht pilaren, beneden met snijwerk omlijst. Aan weerszijde, dat is boven de zitplaatsen van de mannen, is de zoldering plat. In het geheel zijn er in deze kerk zitplaatsen voor S00 a 900 menschen. Bij de inwijding klom het getal tot twaalf a dertien honderd toehoorders. Maar toen was alles vol, oolc de voetpaden, het voorportaal, alsmede de groote kerkekamer, terwijl zelfs menschen zaten op den trap, die naar den zolder voert. Na nog opgemerkt te hebben, dat in het schip der kerk vier keurige driearmige kroonlampen hangen, en aan weêrskanten, alsmede op de galerij, in het geheel vijftien nette petroleum-hanglampen, terwijl aan den preekstoel twee koperen candelabres bevestigd zijn, mede voorzien van petroleum-lampen, en in de kerkekamer twee muurlampen aan den wand bevestigd zijn, meen ik, dat de beschrijving voltooid is. Nog dient herinnerd, dat de geheele kerk van binnen en van buiten, van onder tot boven, driemaal geverfd werd met