leeraarsambt in de residentie van dien naam. De standplaatsen der 17 anderen waren: in de residentie Menado: Tanawangko, Ajer-Madidi, Maoembi, Ratahan, Tondano, Langowan, Tomohon, Amoerang en Sonder; in de residentie Amboina: Waai op Amboina, Saparoea, Haroekoe, Ametb (op Noessalaut), Amahey (op Ceram) en Lokki (mede op Ceram); in de residentie Timor: Baa (op Rotti) en eindelijk in de residentie Batavia: Depok.

In den aanvang van 1888 werd de hulpprediker te Maoembi (Menado) overgeplaatst naar Batjan (Ternate). Voorts werd in Februari jl. aan de hulppredikers te Langowan (Menado) en Babauw (Timor), aan den een wegens langdurigen onafgebroken dienst en aan den ander wegens ziekte, buitenlandscb verlof verleend. Het dienstwerk te Langowan werd daarop tijdelijk verdeeld onder de hulppredikers van Sonder, Ratahan en Tondano, terwijl de hulpprediker te Baa op Rotti werd overplaatst naar Babauw en tevens belast met den dienst bij de Protestautscbe gemeente ter hoofdplaats Koepang. In April jl. kwamen 2 van hier uitgezonden hulppredikers '2de klasse (geëxamineerde kweekelingen van het Nederlandsche Zendelinggenootschap te Rotterdam) in Indië aan, waardoor zich de gelegenheid aanbood om de vacatures te Maoembi en Koemelemboeai weder aan te vullen. Sedert heeft nog de uitzending plaats gehad van een gewezen kweekeling van de Nederlandsche Zendingvereniging te Rotterdam, die mede de acte van hulpprediker 2de klasse verworven had.

Van de in het verslag van 1884 vermelde machtiging om, bij ontstentenis van hulppredikers der 2de klasse, hun dienstwerk voor een deel aan inlandsche leeraars op te dragen, werd in het afgeloopen jaar in Amboina wederom gebruik gemaakt, Ook in de ressorten Hoetoemoeri en Babauw, waar de titularissen voor een deel aan hun dienstwerk onttrokken waren (zie boven) werd tijdelijk door inlandsche leeraars in de leemte voorzien.

De verschillende standplaatsen der hulppredikers 2de klasse (behalve Depok) moeten, ingevolge het hooger aangehaalde besluit van 27 April 1887 No, 2/c, twee malen 's jaars bezocht worden, ieder in zijn ressort, door de predikanten te Menado, Amboina, Ternate en Koepang.