gaarne speelt, dat door elk een wordt aangehaald. De kracht van den christelijken geest, de vrucht van het werk des geloofs en der liefde, de heiligende invloed van het omhelsde Christendom, springen helder in het oog. Zoodanige gemeenten, zijn als oasen in de woestijn, liefelijke plekjes, waar men gaarne even vertoeft. Geheel anders wordt dit, als het Christendom doorwerkte, eene geheele bevolking hervormde, huisgezin en maatschappij met zijnen verlichtenden, het kwade bestrafïenden, heiligenden geest doortrok, alles gaat omvatten, eischeti stelt, zekere zeden en gewoonten als van zelf veroordeelt. Dan wekt de rijpende vrucht der zending allicht ergernis, men stoot zich aan de waarheid en aan het licht, is bijzonder ijverig in het opzoeken van een en ander in de gemeenten dat niet christelijk is, sluit zijne oogen voor wat er goeds en heerlijks gewrocht werd, en werpt den steen op de zending, op haar streven, op hare boden, op hare vrucht. De Minahassa een christenland, zeker, maar niet met gemeenten zonder vlek of rimpel. Integendeel, veel onkruid tusschen de tarwe, allerlei soorten van visschen in het net. Ook hier de oude geschiedenis, die altijd weder nieuw is: eene gechristende bevolking, uiting in velerlei opzicht van den steeds dieper doorwerkenden christelijken geest, maar geene verzameling van heiligen. Soms heeft het den schijn, bij openbare beoordeelingen van de christelijke Minahassa, alsof al wat er goeds geweest is, verzwouden is. Wij voor ons zeggen daarop: »het is ons het minste van ulieden geoordeeld te worden, die ons oordeelt is de Heer!" Wij zien ons in veel en velerlei eene groote en krachtige deur geopend, maar ontveinzen ons niet, dat er vele tegenstanders zijn.

De zendelingen van het Nederlandsche zendelinggenoot-