lingen te ontvangen. Al was het een week eten aan hen te geven, daartegen had men geen bezwaar. Later, toen de vreemdelingen er waren, vocht men haast om een gast te krijgen, zag men sommigen niet vertrekken voor ze s middags om 5 uur avondeten gebruikt hadden, dat anders om T of 8 uur pas pleegt gegeten te worden en was hij, die geen gast gekregen had, haast boos daarover. 's Maandags te voren waren mijn vrouw en ik gekomen om nog een en ander te regelen. Den volgenden morgen om 7 uur arriveerden in een ossenwagen Mevrouw Ten Hove van Maumbi en de beide damesonderwijzeressen der Meisjesschool te Tomohon, Schuurmans en Jacobs, die met vacantie waren; verder waren gekomen het Eerste districtshoofd van Bantik met familie, de dorpshoofden van de Bantiksche dorpjes, de inlandsche leeraars uit den werkkring van den Predikant van Mënado.

Om 9 uur zouden de plechtigheden een aanvang nemen, maar het werd 10 uur voor het zoover was, nat er kon begonnen worden. Dit geschiedde met het zingen van psalm 118 : 1, 12 en het voorlezen van psalm 146; daarna had de inwijding plaats met een toespraak van mij, waarin ook hulde gebracht werd aan het Eerste districtshoofd, door wiens krachtige medewerking de gemeente nu in het bezit is van een gebouw, dat aan de behoefte voldoet en dat in verhouding tot de andere huizen mooi kan genoemd worden. Het meet lang G.65 M., breed 9.40 M. en hoog 2.90 M.; het is geheel van hout opgetrokken, met planken vloer (vroeger was moeder aarde de vloer); de zoldering is gevlochten bamboe ; het dak wordt gedekt door gedroogde, aaneengenaaide bladeren, een gewone dakbedekking in het binnenland van de Minahassa. Het kerkje heeft ééne deur en geen vensters; in piaats van deze laatste is het bovendeel van