godsdienstig en cultureel oogpunt. Om hierin verandering te brengen, schreef hij in 1697 zijn „Novissima Sinica", een boekje, dat groot opzien verwekte.

Aan het einde der 17e eeuw maakte de Roomsche kerk weer groote vorderingen. Merkwaardig hoe Leibniz toen reeds hulp en versterking voor het Europeesch Protestantisme verwachtte van een Protestantsch Amerika, dat toen nog in haar eerste opkomst verkeerde. Maar tevens ziet hij in de Zending een werkzaam middel om het Protestantisme tot ontwaking te brengen. En daarvoor is zijne aandacht gericht op China, waar in deze dagen door de vrije opvatting van keizer Kanghi godsdienstvrijheid heerschte. Hij bewondert in China de moraal en de natuurlijke wijsbegeerte en de natuurlijke theologie. Chineesche zendelingen zouden die hier in het Westen met succès kunnen brengen, terwijl van hier uit naar het Oosten het goddelijk geschenk van den geopenbaarden godsdienst gebracht moet worden. Door dit werk ter hand te nemen moeten de gezamenlijke Protestantsche kerken bewijzen de moge' lijkheid van een boven de Confessies uitgaande, algemeene, Christelijke kerk. Hieruit ontspon zich een correspondentie met A. H. Francke, wiens brief men verloren waande, maar door Dr. Merkel in een aanhangsel wordt afgedrukt.

In 1700 wordt het „Genootschap der Wetenschappen" te Berlijn gevestigd, grootendeels volgens plannen en aanwijzingen van Leibniz, die in dit instituut de mogelijkheid ziet naderen om door een Protestantsche Zendingswerkzaamheid in China wetenschap en godsdienst elkander de hand te doen reiken. Hij hoopt ook hiermede den onderlingen strijd tusschen de piëtistische en de confessioneele Luthersche Protestanten te doen luwen en de Zending als verzoeningswerk dienst te laten doen.

Ook op andere wijze trachtte hij voor de Zending belangstelling te wekken en zijne lievelingsgedachte: het geloof door middel van de wetenschappen te propageeren, ingang te doen vinden. In den stichtingsbrief van bovengenoemd instituut wordt van de Zending geheel in den trant van Leibniz melding gemaakt. Onder de eersten die tot lid van dit Genootschap — later de Koninklijke Academie voor Wetenschappen genoemd — werden gekozen, was Aug. Herm. Francke. Verschillende ontwerpen om de zendingswerkzaamheid ter hand te nemen, zijn door Leibniz opgesteld.

Mede door zijn invloed werd in Engeland de „Society for the Propagation of the Gospel in foreign parts" opgericht. Uit de authentieke acten en geschriften worden deze feiten aangetoond en toegelicht, evenals de bijzonderheden van de plannen, die Leibniz koesterde om tot het doel te geraken: betrekkingen met Moscou, een Slavonisch, een Mantsjoe-Tartaarsch woordenboek, handel in barnsteen enz. Ook stelt hij voor een seminarie voor a.s. zende-