lichaam; de jonge koptische kerk, die er ontstaan is door den arbeid der zending, hoofdzakelijk Amerikaansche en Engelsche, telt wel een 50.000 leden, maar zij kan moeilijk haar plaats bepalen. In Perziƫ vindt men nog de oude Nestoriaansche kerk, maar geheel versteend; de jonge kerk, die ontstaan is onder invloed der zending, kan moeilijk haar plaats bepalen. In Palestina zijn ook een 3000-tal Christenen, die zich bij de oude orthodoxe kerk niet meer thuis gevoelen. De zending heeft er in al die landen naar gestreefd om de oude, daar nog bestaande kerk, tot nieuw leven te wekken, maar het gelukte niet, daar zij overal met een ingeworteld wantrouwen werd ontvangen; zij moest er wel toe overgaan om de door haar gewonnenen in eigen organisatie onder te brengen.

Dat is een tijdlang goed gegaan, maar nu overal het nationalisme opkomt, geraakt men in ernstige moeilijkheden. De oude kerken zijn eeuwen geleden door den Islam ingekapseld. Men heeft zich erbij neergelegd en zich aangepast. Een uitwendige rust was verkregen; de aanhangers van verschillende godsdiensten leefden naast elkaar, wantrouwend zich terugtrekkend op eigen erf, maar zonder uitwendige vijandigheid. De Christenen hadden hun zendingstaak ten opzichte van de omgeving geheel opgeborgen, en de Mohammedanen wachten op de verdere afbrokkeling. Nu zijn die nieuwe Christenen, die tot leven gewekt werden door de zending, als een storend element daartusschen gekomen; men moest zijn houding ten opzichte van hen opnieuw bepalen. Maar deze nieuwe Christenen konden in menige plaats niet tot een eigen, geordend kerkelijk leven geraken, vooral omdat zij een kleine minderheid vormden in een hun vijandige omgeving. Die moeilijkheden zijn nu in dezen tijd met zijn groeiend nationalisme en zijn secularisatie verscherpt. Het vraagt veel zelfverloochening om zich bij een zoodanige groep aan te sluiten. Het lot, dat den Assyrische Christenen trof, vervult deze minderheden met een groote mate van wantrouwen.

De zending staat hier voor moeilijke problemen in het vervullen van haar dubbele taak: de prediking van het Evangelie en het opbouwen van het kerkelijk leven. Ook hier staan haar natuurlijk hare vijf middelen ten dienst: prediking door het gesproken en het gedrukte woord, de school, de medische