Prof. Dr A. M. Brouwer, Levenszekerheid. Utrecht, Erven J. Bijleveld, 1937, 155 blz., geb. ƒ 2.75.

Laat ik beginnen met de titels der overdenkingen te noemen en de teksten, waarover zij handelen. 1. Levenszekerheid, Rom. 8 : 38, Want ik ben verzekerd. 2. Levenslicht. Ps. 26 : 10, In Uw licht zien wij het licht. 3. Levensdoel, Mt. 22 : 37, 38, Gij zult den Heer uwen God liefhebben met uw geheele hart, met uw geheele ziel, en met uw geheele verstand. Dit is het voornaamste en het eerste gebod. 4. Levenstaak, Mt. 28 : 39, Gij zult uwen naaste liefhebben als u zelf. 5. Levenskracht, Filp. 4 : 13, Ik vermag alle dingen door Christus, die mij kracht geeft. 6. Levensvreugd, Joh. 15:11, Dit heb ik tot u gesproken, opdat mijne blijdschap in u zij en uwe blijdschap volkomen worde. 7. Levensernst, Mt. 16 : 24, Indien iemand achter Mij wil komen, die verloochene zichzelf en neme zijn kruis op en volge Mij. 8. Levensleed, Ps. 90 : 10, Onze levensduur is zeventig jaren, als het hoog komt, tachtig jaren; en het beste daarvan is moeite en leed; want het snelt voorbij en wij vliegen daarheen. 2 Kor. 1 ; 3—5, Geprezen zij de God en Vader van Jezus Christus, onzen Heer, de Vader der barmhartigheid en de God van alle vertroosting, die ons vertroost bij al onzen druk, opdat wij hen kunnen vertroosten, die in allerlei druk verkeeren, door de vertroosting, waarmede wij zelf door God vertroost worden. Want gelijk wij overvloedig deel hebben aan het lijden van Christus, zoo hebben wij door Christus ook overvloedig deel aan de vertroosting. 9. Levensavond, Mr. 20:8, Als het nu avond geworden was, zeide de eigenaar van den wijngaard tot zijn opzichter Roep de arbeiders en betaal het loon uit, te beginnen bij de laatsten tot de eersten toe.

Als ik wil aangeven welk karakter deze zeer eigengeaarde stukken dragen, kan ik het het best doen met de eigen woorden van den schr uit het korte voorwoord; nl. dat zij bedoelen ,,op een voor ieder begrijpelijke wijze duidelijk te maken, waarom in de twintigste eeuw iemand die voor wetenschap en natuur en kunst niet ongevoelig is, uit volle overtuiging het christelijk geloof belijdt, zooals de bijbel het brengt". Ja, dit zijn overdenkingen uit onze eeuw door een man, die in het wetenschappelijke leven staat, want zijn voorbeelden, zijn taal, zijn redeneertrant toonen dat en toch is het hier gezegde voor ieder begrijpelijk, ook voor eenvoudige menschen. Het is een man van wien bekend is, dat een wandeling door Gods vrije natuur met hem een vreugde en een telkens herhaalde ontdekkingsreis is en ook dit toonen deze overdenkingen even goed als dat andere, dat hij de kunst niet versmaadt, getuige o.a. aanhalingen uit dichters. Maar karakteriseerender dan dit alles is zijn woord: duidelijk maken. Het zijn geen betoogen, deze stukken, volstrekt niet, het zijn getuigenissen en toch willen zij vooral dat: duidelijk maken. Misschien zullen er daarom menschen zijn, die er gloed in missen en ze nuchter