wekken de priesters ook nu nog op. Bij Israël? Ja bij Israël hooren wij een vóórklank van het Engelenlied in den Psalmtoon: »A1 de heidenen, Heer, die gij gemaakt hebt, zullen komen, en zullen zich voor uw aanschijn nederbuigen, en uwen naam eeren." (Ps. 86: Ö). Maar hoeveel heerlijker is het: »In menschen welbehagen!" In alle menschen, ook in alle heidenen. Moest ons hart niet brandende in ons zijn om dat welbehagen Gods in menschen, ook aan alle menschen te doen verkondigen?

Maar is het waar? Kan de Heilige God welbehagen hebben in heidenen, die het schepsel eeren boven den Schepper en aan allerlei gruwelen, ontucht, dronkenschap, wreedheid zich overgeven ? Die Engelentoon werd gehoord, toen Hij geboren was, die alleen de Zoon van Gods welbehagen genoemd mocht worden, maar door wien alle menschenkinderen van Gods welbehagen worden kunnen. Hoevelen werden het reeds, zijn reeds erfgenamen Gods, of, vertoonen zij het dan ook nog gebrekkig, bet beeld van den Volmaakte in de liefde op aarde. Kinderen van Gods welbehagen, die uw voorrecht waardeert, laat liet toch duidelijker blijken. De liefde is vindingrijk. Op de Zondagschool der vereeniging tot bevordering der zendingzaak te Rotterdam werden onlangs 94 busjes aan kinderen, die dit begeerden, uitgereikt ter verzameling van centen voor de zending. Hoeveel dergelijke kleine bijdragen kunnen opleveren, bleek uit het bijeenverzamelde door de centenvereeniging ten behoeve der Hulpbehoevende Blinden te Rotterdam gedurende het laatste jaar 1888-1889, ten bedrage van ƒ 3978. Twintig jaren lang waren de leden dier vereeniging werkzaam en brachten bijeen ƒ 30,000. Ruste Gods zegen ook op het liefdewerk der kinderen voor de zending, en zijn de behoeften groot, verontrustend groot, onuitputtelijk blijve ook de vindingrijkheid en volharding der liefde.

Dit jaar eindigen Bestuurders van ons Genootschap dankbaar maar niet zonder zorg, omdat gelijk reeds gezegd