(bidstond houden) in uw huis; goed ik wil gaarne komen, is het ver? moet ik den Ij erg op en door de rivier heen?" //O mijnheer vrees niet, ik zal van avond u komen halen en ook weer teruggeleiden." En zoo gaat dan de pandita; moet hij door de rivier heen, een al te steile beig op, dan roept hij tot groote blijdschap van zijne begeleiders: //mai manê, djaraja" (kom nu hier mijn paardje). Goeroe Lobo vergezelt mij dan steeds 0111 liet gesprokene in het Savoeneesch over te brengen. Eu dan zitten wij daar, onder een mooien boom, terwijl de zilverblanke maan het plekje, dat Savoe heet, verlicht; de pandita (ook op een mutje, maar met een dikke winterjas aan) met zijn houten pijpje in den mond (altijd sigaren is te duur), en zijne luidjes met hun onafscheidelijk sirihpruimpje in den mond, pratende over vkoetjes en kalfjes", of liever over //sawah en padi," of over de «dewa 2 dari nenek mojang" (de geesten der voorouders) of wel kiest hij de zeden en gewoonten tot onderwerp van het gesprek. Dat hebben de luidjes zoo gaarne en de pandita ook. Hij leert, er wordt een band van vertrouwen en vriendschap gelegd. "Hij ontving allen die tot hem kwamen," zoo las ik op een morgen bij de huisgodsdienstoefening omtrent Paulus; en ik dacht zoo bij mijzei ven: dat is toch een goede //zielzorg" van Paulus geweest. Preek maar, catechiseer maar; het gaat zoo menigmaal over de hoofden heen. Maar ontvang allen die tot je komen ; en als ze niet komen, ga naar hen toe, zou dat niet vruchtbaarder zijn?

Deze mededeelingen spreken voor zich zelf.

Nog een enkel woord over nieuwe bezwaren, waarmede Br. Letteboer te kampen heeft. Een der Minahassische helpers, indertijd op verzoek van Br. Wijngaarden naar Savoe gezonden door bemiddeling van Br. H. Rook er te Tojidano, verzocht en verkreeg met goedvinden van Bestuurders een verlof van 6 maanden, mede om in de Minahassa voor zijn vrouw herstel van gezondheid te zoeken. Deze man, goeroe Pantouw, heeft met groote toewijding op Savoe gewerkt, vooral in de dagen na het vertrek van Br. Wijngaarden naar Deli, en zijn arbeid was niet ongezegend. Helaas is hij thans voor Savoe verloren. In de Minahassa aangekomen weigerde zijn vrouw al ras naar Savoe terug te keeren. Eerst scheen het, dat zij zich zou. laten vinden. Maar oj) het laatste oogenblik, toen haar echtgenoot, die vooruit zou gaan, reeds ingescheept was, verklaarde zij hem nooit te zullen volgen. Niettemin vertrok Pantouw. En op Savoe aangekomen verklaarde hij zich bereid, om terwille van het werk in 's Heeren