andere zijde dien eeuwigen achtergrond had van het leven van Hem die, in plaats van de wereld te overwinnen op de wijze, waarop zij gewonnen wil worden, heeft stand gehouden eu schijnbaar ondergaande heeft kunnen roepen: Hebt goeden moed, Ik heb de wereld overwonnen. Het werd hun voorgehouden, hoe daar voor hen lag de wereld met haar grooten invloed, die op allerlei wijze tot hen kwam, en hoe zij daartegenover niet anders hadden dan hun geloof, hun geloof zoo zwak, maar dat zij levend moesten houden door hun gebed, door hun schriftonderzoek, door hunnen omgang met God. Als zij dit deden, dan zouden zij het zien, dat zij de wereld overwonnen zagen alleen door hun geloof.

Spreker herinnerde aan een woord, op de vergadering gesproken, toevalligerwijze, maar van zoo groote beteekenis. Men had gezegd: „het gaat met de zending op Posso goed, want het gaat goed met den zendeling". Hij wenschte hun toe, dat dit ook van hen over eenige jaren gezegd zou kunnen worden.

Toen de vragen beantwoord waren en de zegenbede met handoplegging over de hoofden der Zendelingen was uitgesproken, viel de gemeente in met Gez. 237 : 4, en toen eindelijk na dankzegging het: „Zij zal ons niet berouwen, de keus van 't smalle pad" alle aanwezigen met nieuwe veerkracht en goeden moed had bezield, ging de gemeente uiteen onder den indruk van een heilige, God gewijde ure, waarmede deze 101ste Jaarvergadering van het Nederlandsehe Zendelinggenootschap op waardige wijze werd besloten.