begunstigers onzes Genootschaps, dat zij, zooveel zij kunnen, de verspreiding van dit Stukje en alzoo ook, onder Gods zegen, het doel van deszelfs 3 uitgave bevorderen. Wij hopen, dat ieder in zijnen kring alzoo zal willen medewerken, om velen met ons te verzamelen tot het heiligste en zaligste werk, en wij bidden van God, dat Hij die pogingen zegene. o! Dat te midden van de onrust der tijden en door het vermeerderde gevoel van behoefte aan die onverstoorbare rust, welke alleen bij vrede met God door het bloed des kruises ons deel kan zijn, eene nieuwe en heilige geestdrift voor de verbreiding van het Evangelie in onze Vaderlandsche gemeenten ontwaakte , zoodat velen niet alleen bereid waren , om hunne penningen daartoe bij te dragen, maar zich ook gedrongen gevoelden, om, als den vurigsten wensen hunner harten, die bede voor God uit te storten : Hemelsche Vader / Uw Koningrijk korne !

Uit brieven van de broederen heijmering en douwes, gedagteekend Timor , 18 Junij 1832, bleek ons, dat ons genootschap weder een gevoelige slag heeft getroffen door den dood van den waardigen terlinden. Of was hij niet een onzer beste Zendelingen? Werkte hij niet onvermoeid, ja boven zijne krachten? Ook nu bleek dit, daar hij, ofschoon door eene koorts verzwakt, de gewone jaarlijksche reis naar de Zuidwester-^ ilanden aanvaardde, en het was te Tialarang , eene zeer onx

*