jaar, negentig. De Indiaansche bijeenkomsten zijn zeer afgenomen.

In de school te Caneij-Creek werden achtenzestig Indiaansche kinderen opgenomen en genoegzaam opgekweekt. Toen men haar naar Texton verlegde, bevatte zij vijfentwintig leerlingen. Op weinige na konden alle achtenzestig goed lezen en schrijven.

CHOCTAWS.

In het oude ChoctawAznd was gedurende het vorige jaar weinig zendelingswerk. De verhuizing van dezen stam naar hunne nieuwe verblijven werd bijna voltooid in den jongsten herfst en winter. De nageblevenen zijtl zeer verstrooid en in eenen slechten staat, slechts op twee posten, namelijk te Maijhew en Toknokchava , zijn de Zendelingen met hunne huisgezinnen gebleven.

De scholen op deze posten waren gesloten. Omtrent veertig leden van de Maijhew- kerk dwalen nog rondom hunne oude woningen rond. Voor deze cn anderen, welke godsdienstige opleiding begeerden, predikten de broederen kingsburij en bijington, zoo dikwijls er gelegenheid was. De bijeenkomsten waren doorgaans vrij talrijk, en met belangstelling hoorde het volk naar het woord, dat hun verkondigd werd. Van de overige Choctaws, die in kleinen getale in hun land gebleven zijn, werden geene berigten ontvangen. Van alle zijden worden zij door blanke kolonisten met tallooze verzoekingen en plagerijen overstelpt.