«enige gelijkgezinde vrienden waren voor jaren die bovengenoemde Javaansche traktaatjes van bhückneü op markten en dergelijke aan Javanen uitgedeeld. Het in den geloove uitgestrooide zaad had eindelijk bij enkelen goede aarde gevonden, waarin liet kiemde en wortelen schoot. Eenige Javanen uit den omtrek kwamen tot vader emde , begeerig om nader te worden onderrigt aangaande den weg des heils. Geen welkomer aanzoek voor den grijsaard. Doch hij kende de Javaansche taal niet; daar moest zijne trouwe huisvrouw, die in Indi'è geboren was, en zijn geloof met hem deelde, en die nu reeds in de liemelsche rust hem is voorgegaan , hem te hulp komen. Zij deed zulks met hare dochter getrouw en van harte; ook de bovengenoemde Heer schmittgall verleende goeden bijstand. «Langen tijd had ik ijverig tegen mchamed te veld getrokken zeide mij emde , «doch de Heer wilde mij leeren, dat Hij mij niet noodig had, en Zijn werk niet door kracht en geweld, maar door Zijnen Geest alleen geschiedt; zie, toen ik de hoop reeds bijna had opgegeven, werd mijn huisje al voller en voller , ja overvol met Javanen , die, van twee en drie dagreizen ver, onderrigt kwamen zoeken omtrent den eenigen Heiland, soms meer dan honderd op eenmaal."

Een' anderen ijverigen begunstiger van het goede werk onder de Javanen, heeft broeder van rhijn ons leeren kennen in den Heer gumsch , een' landeigenaar in de nabijheid van Soerabaja woonachtig. Deze