den Bijbel aan de leerlingen opdringen, zoo stond te duchten, dat die allen de school verlieten. En toch mogt men zelfs den eersten dag niet laten voorbijgaan, zonder te doen blijken, dat meu de invoering des Bijbels bedoelde.

» Hoe dat aangelegd ? De Zendelingen hadden onder hun toezigt een weeshuis met verlatene Hindoo-kinderen; deze werden op den dag van de opening der school in het schoolgebouw gebragt, en moesten daar een kapittel uit den Bijbel, naar dagelijksch gebruik, overluid lezen, terwijl de overige scholieren er bij zaten en luisterden. Het eerste gevolg hiervan was, dat de geheele eerste klasse en velen uil de tweede weigerden terug te komen. De overigen echter bleven, en spoedig verlangde ééne klasse zelve, dat de Bijbel hun ook te lezen werd gegeven. Deze hadden namelijk verlangd het verloren Paradijs van wilton te lezen, om een' beroemden Engelschen dichter te leeren kennen. De Zendelingen stonden dat toe; maar nu bemerkten de leerlingen weldra, dat zij dit gedicht niet verstaan konden, tenzij zij met den Bijbel bekend werden, en verzochten daarom, dat men den Bijbel met hen lezen zou. Daarmede was de zaak gewonnen. Al de overige klassen werden, de eene na de andere, ook bereid om den Bijbel te lezen , en zich dien te laten ophelderen. Reeds op den 10 dcn Dec. 184G lazen, bij een openlijk examen, alle klassen den Bijbel, met uitzondering der laagste, en deze deed het alleen daarom niet, omdat