Yan Boetzelaer uitnoodigt een reis te maken naar de Minaliassa en de Bheinische Missionsgesellschaft hem verzoekt zich ter behartiging harer belangen naar Sumatra te begeven, wie zal dan beslissen welke belangen den voorrang moeten genieten? Er moest een vereeniging zijn, die met alle Zendingscorporaties bevriend is, en die niettemin een onafhankelijke positie onder hen inneemt. Daartoe was het Bijbelgenootschap de aangewezen vereeniging, en het heeft opnieuw der Zending een zeer gewichtigen dienst bewezen, door van zijn positie in dezen gebruik te maken. Maar niet minder verblijdend is de eenparigheid, waarmede de zendingscorporaties aan de roepstem van het Bijbelgenootschap gehoor hebben gegeven. Zonder eenige ernstige moeilijkheid verkreeg deze nieuwe zaak de noodige organisatie. Wij gaan vooruit; dit zeggen wij met innigen dank aan God. De voorteekenen, waaronder Br. Yan Boetzelaer zijn werk aanvaardde, zijn zoo gunstig mogelijk. De toekomst stellen wij met vertrouwen in 's Heeren hand.

Java.

Yroeger waren wij gewoon de verschillende posten op Java afzonderlijk te bespreken. De uitbreiding, die ons werk langzamerhand verkreeg en waardoor dit verslag dreigt te omvangrijk te worden, dwingt ons voortaan daarvan af te zien, en, zonder de afzonderlijke ressorten te verzwijgen, toch onze geheele Javazending meer als een geheel te overzien.

Een vriendelijk beoordeelaar (de Heer S. Coolsma in' zijn werk ,,de Zendingseeuw") heeft van haar gezegd, dat ze een goed figuur maakt. Wanneer een zendingsman dit van een zendingsveld zegt, dan is daarmede bedoeld, dat er een gewensehte harmonie bestaat tusschen den innerlijken en den uiterlijken toestand; dat er dus waarachtig geestelijk leven in de gemeente wordt gevonden en dat dit zich ook op de gewenschte wijze openbaart. Het is van bizonder gewicht, dat zoo iets wordt gezegd van een zendingswerkzaamheid op Java. Deze verschilt in menig opzicht van die op andere eilanden. En wel voornamelijk, omdat het Javaansche volk reeds sedert ongeveer vier eeuwen den Islam als zijn godsdienst belijdt. Dit is natuurlijk niet zonder invloed gebleven, op wat men zou kunnen noemen de ziel des volks. Terwijl heidensche volken in onze koloniƫn nog communistisch denken en gevoelen, terwijl dus daar het individu in de massa opgaat, en er niet aan denkt zich uit dit verband los te rukken, zoo zelfs, dat het